f 6 E 12 - 2 - 1960. - 6 - 16. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CREDIET VOOR AANLEG VAN STRAAT VERLICHTING JAN VAN DER HEIJDENSTRAAT (4e WIJZIGING GEMEENTE-BEGROTING i960) De Voorzitter zet aan de hand van het pre-advies dit voorstel uiteen. Dhr.DE WEERT meent, dat straatverlichting in zo'n klein straatje overbodig is. Bovendien is op andere plaatsen, zoals de Onderstal en naar het zeebad de Duintjes, ook geen straatverlichting. Spreker verzoekt dit voorstel te bezuinigen om daardoor op andere plaatsen mogelijkheden te scheppen. De VOORZITTER antwoordt, dat dan de Jan van der Heijdenstraat zes woningen zullen worden gebouwd. De kosten van straatverlichting vloeien gedeeltelijk terug door middel van de verkoopprijs van de bouwgrond. Op andere plaatsen zal dit door andere omstandigheden niet mogelijk zijn. Dhr.DE WEERT dringt aan op beperking van de straatverlichting. Een licht punt nabij de brandweergarage lijkt hem voldoende. Voorts wijdt spreker uit over de noodzakelijkheid van straatverlichting op andere plaatsen in de gemeente. Dhr.BOGERS merkt op, dat de rondvraag is afgeschaft en dat thans niet op de agenda voorkomende punten worden behandeld en vragen wrorden gesteld. Nu het toch zo ver is, zal ook hij graag een vraag stellen. De VOORZITTER antwoordtdat als de vraag in verband te brengen is met het aan de orde zijnde punt deze vrij gesteld mag worden. Dhr.DE WEERT wijst er op, dat dhr.Bogers toch ook heeft medegewerkt aan de vaststelling van het huidige reglement van orde. De VOORZITTER vermaant dhr.de Weert, dat dit buiten de orde valt. Dhr.ROOMER komt terug op het aan de orde zijnde onderwerp en stelt dat zes lantaarns voor deze straat toch wel wat teveel is. Zijns inziens zal een drietal voldoende zijn. De VOORZITTER kan zich, daar er geen kaart bij het voorstel is, niet juist voorstellen op welke punten de lantaarns geplaatst zullen worden. Mogelijk is in het voorgestelde crediet een bedrag begrepen voor de aanleg van straatverlichting in het eerste gedeelte van de Onderstal tot aan de Jan van der HeijdenstraatBij verder onderzoek der kostenbegroting blijkt ook het aantal te leggen meters kabel niet geheel duidelijk." De Voorzitter besluit het voorstel terug te nemen voor nader onderzoek. 17. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CREDIET VOOR VERHOGING VAN DE BIJDRAGE AAN DE STICHTING LABORA TE BERGEN OP ZOOM (44e WIJZIGING GEMEENTE BEGROTING 1959). De Voorzitter licht aan de hand van het pre-advies dit voorstel toe. De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van Bur gemeester en Wethouders een crediet ad f. 1.560,— te voteren voor verho- ging^van de bijdrage aan de stichting Labora te Bergen op Zoom en de 44e wijziging van de gemeente-begroting 1959 dienovereenkomstig vast te stellen. 18. VOORSTEL TOT VERHOGING VAN SUBSIDIE VOOR DE E.H.B.O., ALSMEDE VAN HET PRESENTIEGELD VAN DE COMMISSIE TOT WERING VAN SCHOOLVERZUIM (7e WIJZIGING GEMEENTE-BEGROTING i960). A. De Voorzitter licht aan de hand van het pre-advies de voorgestelde ver hoging van het presentiegeld der leden van de commissie tot wering van schoolverzuim toe. De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van Bur gemeester en Wethouders met ingang van 1 januari i960 het presentiegeld der leden van de commissie tot wering van schoolverzuim te verhogen°tot op f. 120,per jaar. B. De VOORZITTER zet aan de hand van het pre-advies de voorgestelde verho- ging van do subsidie aan do E.H.B.O. uiteen. Dhr.ROOMER^vreestdat hoe meer subsidie er verleend wordt, hoe minder de verenigingen in het algemeen trachten op andere wijze financiële middelen te verkrijgen. Hij wijst daarbij op het feit, dat de duiven sportverenigingen nog nooit om subsidie hebben gevraagd. Door een extra— donateur-werving wordt dikwijls veel bereiktVoorts zijn er nog andere mogelijkheden om in de financiën te voorzien. De leden zelf moeten op dat gebied ook meer activiteit tonen.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1960 | | pagina 14