I 213 i20 FEB 1959 8 Wij zijn van mening, dat dit een zeer belangrijk grondbeginsel is, dat wellicht ook het gemeentebestuur van Woensdrecht in het samenspel met parti culiere instanties wel eens in toepassing zal moeten brengen. Wij hopen dan ook van harte, dat de openheid daartoe steeds aanwezig zal blijken. Anderzijds hopen wij, dat het particulier initiatief open oog zal houden voor de verlan gens van coördinatie en voor de mogelijkheden - veelal beperkte - bij de bur gerlijke overheid, die nu eenmaal altijd het algemeen welzijn in zijn onein dige gevarieerdheid heeft te behartigen. Ik meen, dat ik het thans bij deze algemene opmerking over de taak-ver- deling bij het maatschappelijk opbouwwerk in de ruimste zin genomen, moet la ten. Wij zullen het zeer op prijs stellen als de particuliere organisaties onze activiteiten van stimuleren, coördineren, subsidiëren - ook bij de aan drang, die mogelijk nu en dan van ons uitgaat - willen blijven zien in het licht van de bovengeschetste zelfbeperking. Want juist in die beperking ligt voor hen de mogelijkheid de burgerlijke overheid open en onbevangen tegemoet te treden. Mijne Heren, door de bijzondere omstandigheid van de publicatie van het West-Brabant-planzijn wij wat lang blijven stilstaan bij vraagstukken van meer algemene aard. Het wordt nu tijd een korte terugblik te slaan op 1958 en enkele programpunten voor 1999 aan te stippen. Aan kapitaalswerken leverde 1998: 1. Bouw van de meisjesschool voor lager onderwijs, 2. gereedkoming van zes woningwetwoningen, 3. aanvang van de bouw van 22 woningwetwoningen, k. uitbreiding van de protestantse school, 9. aanleg tweede sportveld en kinderspeelplaats (D.A.C.W. 6. verharding van Schapendreef en Scheidreef, 7. bouwrijpmaken van gronden aan de Molenstraat, 8. vele grotere en kleinere voorzieningen voor het onderwijs. Naast deze gemeentelijke investeringen zou ik willen memoreren: 1. De bouw van de marechaussee-kazerne, 2. de bouw van het Wit-Gele Kruis gebouw, 3. !I de Landbouwhuishoudschool, k. de betere huisvesting van industrieën, 9. de aansluitbaarmaking van zgn, onrendabele percelen op het waterleidingnet, 6. het gereedkomen van niet minder dan 117 premie-woningen. Ten aanzien van dit laatste zou ik er even op willen wijzen, dat dit cijfer wel moet worden gerelateerd aan het aantal per 31 december in aanbouw zijnde woningen, dat van '37 en '38 terugliep van 96 naar 17. Daarnaast mogen wij niet verhalen, dat met alle vreugde over de bouw van voor voorhuur bestem de, woningen gepaard gaat onze grote teleurstelling over de zeer hoog opge schroefde huursommen en de geringe betekenis, die de Minister van Volkshuis vesting en Bouwnijverheid blijkt te hechten aan onze grondig gedocumenteerde huurprijsadviezen-- Als belangrijke feiten van 1998 zou ik naast de investeringen willen noemen; 1. de goedkeuring - althans vrijwel geheel - van het uitbreidingsplan. De no dige voorstellen ter voldoening aan de bezwaren van Gedeputeerde Staten zullen IJ op korte termijn worden voorgelegd. Daarna zullen mede naar aan leiding van de te vervrachten snellere ontwikkeling meer uitgebreide ont werpen v/orden ingediend. 2. de besluiten tot onteigening van gronden. - 3.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1959 | | pagina 8