I a DEC 1959
- 10 -
Het aanbrengen van zo'n "duur" lichtpunt is wel erg bezwaarlijk, vooral
om de daaruit voortvloeiende consequenties'. Er zijn plaatsen genoeg aan
te wijzen waar het even hard of nog harder nodig is een straatlantaarn
te plaatsen, denk b.v. maar aan de door dhr.Bogers gerapporteerde bocht
in de Rijzendeweg, en voorts de Langesteen, Beukendreef, Nijverheids
straat, Zandstraat.
Na ontvangst van de kostenbegroting van de PNEM zullen Burgemeester en
Wethouders zich nog nader beraden over dit onderwerp.
In verband met het vorenbesprokenen informeert dhr.Roomer welke voorzienin
gen op de Heimolen worden getroffen nu de telefoonpalen, waaraan de straat
verlichtingsarmaturen zijn bevestigd, zullen worden verwijderd..
De VOORZITTER antwoordt, dat alleen de palen waaraan straatverlichtings
armaturen zijn bevestigd voorlopig blijven staan en dat de lichtpunten
voor de toekomst aldaar gehandhaafd blijven.
DhrRAAÏMAKERS merkt op dat deze vraag niet volgens het Reglement van Orde
is gesteld.
Dhr.ROOMER verzoekt toestemming om nog een vraag te mogen stellen.
DhrRAAYMAKERS zou nu er toch eenmaal vragen mondeling gesteld worden ook
wel graag nog een vraag stellen.
Dhr.ADR.DE DOOIJ wijst dhr.Roomer er op dat hij destijds zelf heeft vóór-
gestemd bij de vaststelling van het geldende Reglement van Orde. Alhoewel
spreker ook liever zou zien, dat op het einde van de raadsvergadering de
mogelijkheid werd gegeven tot het stellen van mondelinge vragen, meent hij
dat dit thans toch niet toegestaan kan worden volgens het Reglement van
Orde. Indien dhr.Roomer vragen wil stellen, zal hij zulks schriftelijk
moeten doen en overeenkomstig het Reglement van Orde.
De VOORZITTER deelt mede, dat de he ren Raaymakers en Roomer hun vragen
overeenkomstig het Reglement van Orde voor de Raadsvergaderingen schrifte
lijk en tijdig behoren in te dienen en dat reeds door Burgemeester en Wet
houders is besloten om na afloop der raadsvergaderingen bijeen te blijven
om zodoende de raadsleden de gelegenheid te geven onderling van gedachten
te wisselen en z a k o n met het College van Burgemeester en Wethouders te
bespreken.
Dhr.ROOMER dankt de Voorzitter voor deze tegemoetkoming en zal daar direct
reeds graag gebruik van maken.
Niets meer aan de orde zijnde sluit de Voorzitter de vergadering met gebed
Aldus vastgesteld ter openbare vergadering van 11 feb. 13S0
De Secretaris,
De Voorzitter,