(956
Wo \l
if
5. VOORSTEL TOT BENOEMING VAN LEDEN VAN DE WOONRUIMTE-ADVIESCOMMISSIE VOOR
HET JAAR 1959. -1.778.545.
De Voorzitter zegt, dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders is de
zittende leden te herbenoemen.
Dhr.DE WEERT vraagt hoe de candidaten voor deze commissie bekend worden.
De VOORZITTER antwoordt, dat er, als de Raad met het voorstel accoord gaat,
geen candidaten ingediend hoeven te v/orden. Voorts is de raadsagenda op
10 november verzonden, zodat geacht kan worden dat de raadsleden bekend zijn
of zich bekend gemaakt kunnen hebben door het komen inzien van de raadsstuk
ken vermeldende de candidaten.
Dhr.ROOMER is het hiermede niet eens en stelt zichzelf candidaatwaardoor
een schriftelijke stemming nodig wordt.
De VOORZITTER benoemt tot stemopnemers de leden de Weert en Bogers en stelt
vervolgens de stemming aan de orde.
De uitslag van de schriftelijke stemming is, dat de heer Raaijmakers negen,
de heer Buijk elf, de heer Leenaerts tien, de heer Heerius elf, Mevrouw
Timmers-van Goch elf, de heer Groffen tien, Mej.van den Bos elf, de heer
Roomer een, de heer de Weert twee en de heer Vos een stem(men) op zich heb
ben verenigd. Zodat benoemd zijn de heren Raaijmakers, Buijk, Leenaerts,
Heerius en Groffen, Mevrouw Timmers-van Goch en Mej.van den Bos.
6. VOORSTEL TOT BENOEMING VAN EEN LID VAN DE INSTELLING MAATSCHAPPELIJKE ZORG
WEGENS PERIODIEKE AFTREDING. -1.842.
De Voorzitter deelt mede, dat de door Burgemeester en Wethouders, de in
stelling gehoord, opgemaakte voordracht bevat: 1. de heer J.v.d.Weijgert
2. de heer L.W,Lijmbach. Ten overvloede wijst de Voorzitter er op, dat de
leden bij de stemming aan de voordracht zijn gebonden.
Vervolgens stelt de Voorzitter de schriftelijke stemming aan de orde, na de
leden de Weert en Bogers v/ederom tot stemopnemers te hebben benoemd.
De uitslag van de stemming is, dat de heer J.vd.Weijgert negen en de heer
L.W.Lijmbach twee stemmen op zich heeft verenigd, zodat de heer J. v.d.
Weijgert is herbenoemd tot lid van de instelling maatschappelijke zorg.
7. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE 5-JAARLIJKSE AFREKENING VAN DE EXPLOITA
TIEVERGOEDING EX ARTIKEL 101 DER LAGER-ONDERWIJSWET-1.851.2/07.2.
De Voorzitter zet ahn de hand van het pre-advies dit voorstel uiteen.
De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming de 5-jaarlijkse afrekening over
de jaren 1953 tot en met 1957 van de exploitatievergoeding ex artikel 101
der Lager-onderwijswet conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders
vast te stellen.
8. VOORSTEL TOT HET VERLENEN VAN EEN VOORSCHOT OP DE VERGOEDING VOOR VAKONDER
WIJS EX ARTIKEL 101bis DER LAGER-ONDERWIJSWET VOOR 1959. -1.851.2/0?.2.
De Voorzitter licht aan de hand van het pre-advies dit voorstel toe.
De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming de voorschotten op de vergoe
ding voor vakonderwijs ex artikel 101bis der Lager-onderwijswet voor 1959
conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders te verlenen.
9. VOORSTEL IN ZAKE ONTHEFFING VOOR HET EXPLOITEREN VAN EEN OPENBARE LAGERE
SCHOOL. -1.851.2.
De Voorzitter zet aan de hand van het pre-advies dit voorstel uiteen.
De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van Burge
meester en Wethouders ontheffing van de verplichting tot het exploiteren
van een openbare lagere school te vragen aan de Kroon voor het tijdvak
1 januari 1959 tot en met 31 december 1963»