d
148 A'
18 MEI ,9p
-2-
Ik heb mij afgevraagd of deze gelijkmatigheid wellicht samenhangt net
Uw beroep, dat U immers telkens weer in aanraking brengt met een gebeuren,
dat enerzijds natuurlijk en vanzelfsprekend is en anderzijds bij de indivi
duele mens zo enorm ingrijpend en belangrijk is, een kwestie van leven en
dood. Ik geloof, dat Uw werk inderdaad het stempel moet dragen van het
natuurlijke productieproces, waarvan Werumeus Buning dicht: en de
boer hij ploegde voort Onder alle omstandigheden, crisis, werkloosheid,
oorlog, afwezigheid van het gezinshoofd, moeilijkheden in huis of daarbui
ten, dit werk moest doorgang vinden Bij nacht en ontij, in rust en in on
rust: de vroedvrouw ploegt zich door de moeilijkheden en bewaart daarbij
de gelatenheid en de innerlijke rust van de boer, die beter dan wie ook het
resultaat van zijn werk afhankelijk weet van God's zegen.
Ongetwijfeld heeft 25 jarige dienstvervulling ongemerkt zijn vormende
invloed op U gehad en ik ben ervan overtuigd, dat U Uw huidige kwaliteiten
in 25 jaar oefening als deugden aan Uw karakter hebt toegevoegd. Maar even
zeer ben ik ervan overtuigd, dat deze oefening een vruchtbare basis nodig
had om te gedijen en uit te groeien in Uw karakter.
Daardoor bent U geworden £ot een vertrouwde en vertrouwenwekkende
figuur in onze maatschappij, een brengster van rust, een vraagbaak in veler
lei problemen, een graag geziene gast, Daardoor ook heeft de Raad U durven
vragen het gemeentebestuur bij te staan in de Woonruimtecommissie, omdat de
Raad overtuigd is van Uw bekendheid met zoveler huiselijke omstandigheden,
met Uw gelijkmatigheid van oerdeel en met Uw onkreukbaarheid.
Van harte spreek ik de wens uit, dat U nog jaren in onze gemeente
moogt voortploegen. In 25 jaren hebt U het zaadgoed verzameld, dat nu weer
aan de beurt komt om vrucht te dragen. Als vroedvrouw is U een grote hulp
bij het binnenhalen van de oogst. Het zal zeker ook Uw vreugde zijn als da
oogst rijk en van goede kwaliteit is.
Tenslotte wil ik ook graag de Heer Timmers en Uw kinderen gelukwensen
op deze feestdag.
Het is zeker niet in alle opzichten benijdenswaardig een werkende
vrouw als echtgenote en moeder te hebben. Toch geloof ik beslist niet, dat
U daardoor iets te kort gekomen zijt.
De gemeente hóudt in het algemeen geen gehuwde ambtenaressen in
dienst, maar als er éénmaal een uitzondering is gemaakt, waarvan zij geen
spijt heeft gehad, dan is het de continuering van het dienstverband met
Mevrouw Timmers.
Moge het tot welzijn van de gemeente en tot tevredenheid van U allen
nog jaren zo blijven.
Woensdrecht, 18 mei 1958.
H/J.
