P I MRT !95> De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burge meester en wethouders. 13- "VOORSTEL TOT INSTELLING VAN M COMMISSIE AD HOtt T.B.V. EEN WIJZIGING VAN DE VERORDENING OP DE HEEDING VAN STRAATBELASTING. 1.714.12. De VOORZITTER licht toe dat instelling van deze commissie wenselijk wordt geacht om daardoor de behandeling van het eigenlijke voorstel in de raad vlotter te doen verlopen. Spreker verzoekt en vindt bereid zitting te nemen in deze commissie de leden: ^os, Verswijver en Jacobs. Voorzitter van deze commissie is de burgemeester. Deze commissie zal binnen twee maanden na heden rapport uitbrengen aan de Raad. De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burge meester en wethouders. 14. VOORSTEL TOT OPVOERING VAN DE RESTANT KAPITAALSCREDIETEN VAN 1956 IN DE GE MEENTEBEGROTING 1957 14e WIJZIGING GEMEENTEBEGROTING 1957). 2.07.352.11 De RAAD besluit zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burge meester en ¥?ethouders. 15. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CREDIET T.B.V. DE AANSTELLING VAN EEN DIRECTEUR VAN GEMEENTE-WERKEN (15e WIJZIGING GEMEENTEBEGROTING 1957) -1.712. De VOORZITTER leest het raadsvoorstel voor. DHR. JACOBS merkt op dat op het gebied van de bouwnijverheid in deze gemeen te reeds de volgende ambtenaren werkzaam zijn: gemeente-opzichter, assistent gemeente-opzichter en supervisor. Spreker acht deze bezetting een voldoende waarborg voor een vlotte gang van het werk. Een directeur-gemeentewerken acht spreker overbodig. Hoe meer ambtenaren hoe stroever alles verloopt en hoe meer de mensen in hun vrijheid worden beperkt. Voor het onderdeel Openbare Werken acht spreker de aanstelling eveneens overbodig. W0or de kleinere werken is de huidige bezetting voldoende, voor grotere werken kan het advies worden ingewonnen van de Nederlandse Heide Maatschappij, de Grontmij en Cultuur Technische Dienst. Spreker vreest dat een volgende stap zal zijn de aanstelling van een administrateur voor de te creëren dienst van gemeentewerken. De VOORZITTER wenst thans het personeelsbeleid niet diepgaand in de Raad te bespreken en merkt voorts op dat de door Dh±. Jacobs genoemde instanties zeer behoorlijke tarieven berekenen voor de door hen tqVerlenen diensten, terwijl het contact dikwijls zeer moeizaam is. DHR. SUIJKERBUIJK vraagt de Voorzitter of nog andere gemeenten van gelijke grootte als "oensdrecht genoemd kunnen worden, welke eveneens een directeur gemeentewerken hebben aangesteld. De VOORZITTER antwoordt hiernaar te informeren. DHR"REUS vraagt zich af of de gemeente geen te grote last op zich neemt. Is het' niet mogelijk om een M.T.S.-er aan te trekken en deze te benoemen als assistent bij de gemeente-opzichter voor de afdeling weg- en waterbouw. De VOORZITTER etw woord.t dat men slechts een M.T.S.-er zal kunnen aantrekken indien deze een salaris wordt geboden als directeur-gemeentewerken. Daarom juist dit voorstel van burgemeester en Tfethouders. DHR.Raaijmakers meent dat uiteindelijk de aanstelling van een directeur-ge meentewerken voordeliger voor de gemeente zal zijn, dan de kostbare adviezen 'van verschillende technische instanties. De VOORZITTER brengt vervolgens het voorstel van burgemeester en wethouders in stemming. De'uitslag luidt: Voor 5 leden: Dhr. Vos, RaaijmakersLeenaarts Jansen en Verswijver. Tegen 4 leden: Dhr.Rïus, Uitdewilligen, Jacobs en S Suijkerbuijk. 16. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN CRÉDIET T.B.V. De AANSCHAPEING VAN LEERMIDDELEN DOOR DE MARIASCHOOL TE WOENSDRECHT(43e WIJZIGING GEMEENTE+BE- GROTING 1956. -I.852.2/06.I

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1957 | | pagina 17