5 AUG 1955 2 29
o- -
TO
i i
50 0 i
om de bewoner te helpen. Het gezin vereist bijzondere zorg aangezien-
de vrouw nog onder controle staat van het consultatiebureau voor IBC-
bestrijding en bovendien nog een kind zwakzinnig is. Het gemeentebe
stuur' had ook liever gezien dat de woningkwestie in der minne/ was
geregeld. De eigenaar van de woning heeft echter onmiddelijk een ci
viele procedure tot ontruiming van de woning ingesteld.
Een x&BJdt ander soortgelijk geval (dienstwoning landgoed van Dhr.van Eel
was eenvoudiger, omdat de huurder een opzeggingstermijn van een maand
had gekregen en intusentijds een andere huisvestiging heeft kunnen vin
den, zodat de hem toegewezen noodwoning (welke hem niet beviel) niet
behoefde te betrekken. Het geval Aalbertsen ligt echtermoeilijker om
dat dit gezin niet in een noodwoning kan worden gehuisvest in verband
met de bijzondere omstandigheden.
Uitstel kan deze zaak evenmin lijden, aangezien de beroepstermijn zeer
binnenkort sluit. Daarom is eigenlijk ook deze raadsvergadering spe
ciaal belegd.
DHR.JACOBS merkt op, dat het geval van Eek waarschijnlijk zo gemakke
lijk is opgelost, omdat het nodige overleg tussen de gemeente en de
eigenaar heeft plaats gehad. Sjokm. Spreker meent dat een mondeling
overleg met de Graaf de Chambure niet heeft plaats gehad.
DHR. RAAIJMAKERS, tevens voorzitter van de Adviescommissie Woonruimte-
wë$ merkt op dat de kwestie vah Eek zich zelf heeft opgelost, omdat de
huurder er tijdig in slaagde een andere woonruimte te vinden. Graaf de
e
Chambure is tweemaal door de Adviescommissie opgeropen om gehoord te
worden en is daarbij verschenen door het zenden van Dhr Rens, alszijn-
W& persoonlijke vertegenwoordiger. Het nodige contact is dus wel dege
lijk gezocht.
De VOORZITTER deelt mede, dat in deze zaak zoals verplicht is het nodi
ge overleg met de eigenaar heeft plaats gehad. Voorst heeft het gemeen
tebestuur over het gehele verloop van dezezaak nauw overleg gepleegd
met het Ministerie van Maatschappelijk Werk