2 11 28 Februari 195*. werd ontnomen. Zou deze ambtenaar alles bijeen toch een gering fi nancieel nadeel lijden, dan hadden de wethouders toch verwacht, dat hij de zaak zou laten rusten. DhrJACOBS zegt zijn steun aan dit voorstel niet te kunnen verlenen om de drie volgende redenen: 1. Sedert het ontslag van dhr.Soffers als ambtenaar ter secretarie, is er nog niets veranderd; het ontslag is tot in de hoogste rech telijke instantie gehandhaafd en hoewel ditzelfde niet van toe passing is op de ontslagbesluiten als ambtenaar van de burgerlij ke stand en ontvanger, meent spreker dat, gezien de motivering van het eerstgenoemde raadsbesluit, het logisch is dat deze lijn wordt doorgetrokken. 2. Voorts brengt hij onder de aandacht, dat noch de minister van Bin nenlandse Zaken, noch Gedeputeerde Staten het eens zijn met de intrekkingsbesluiten van de huidige raad, wiens houding in deze als bevreemdend wordt genoemd. 3. Er is indertijd een nieuwe ambtenaar van de burgerlijke stand be noemd en deze heeft mede door de v/ijziging van de verdelingsver ordening een tweevoudig recht verkregen: 1 de bevoegdheid om ae- ten te passeren en 2, de aanspraak op de daaraan verbonden wedde. Dit laatste wordt hem nu ontnomen; de Baad heeft nu, misschien wel niet de wettelijke maar toch zeker, de zedelijke plicht om hem hiervoor s/chadeloos te stellen. De salarisverhoging als se cretarie-ambtenaar mag hier niet als compensatie gelden, deze staat hier los van. Dhr.EAAYMAKERS steunt het voorstel van de wethouders. Het voorstel wordt vervolgens in stemming gebracht en de uitslag luidt; vóór: dhr.de Dooy,LeenaertsSogersVos,RaaymakersJansen en Verswijver; en tegen: dhr. Jacobszodat het voorst'el is aanvaard. X. RONDVRAAG Dhr» Jacobs informeert of het zandstrooien op de Ossendrechtseweg r r ■- r r

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1955 | | pagina 22