21 O
28 Fbsruari 1955.
Dit plan heeft verschillende voordelen: het adres geeft tevens 'aan
in welke straat iemand woont(hetgeen bij de wijknpamering voor een
buitenstaander niet het geval was). Voorts is het gemakkelijker om
de huizen te vernummeren indien aan een straat veel gebouwd zou wor
den, terwijl bij de huisnummering daarop niet was gerekend. In het
wijksysteem zou dan de gehele wijk vernummerd moeten worden. Tenslot
te komt de gemeente thans toch voor de kosten te staan om. nieuwe
huisnummers aan te schaffen voor de in aanbouw zijnde woningen en
dus is het tijdstip gunstig om thans tot wijziging over te gaan.
De Raad besluit zonder hoofdelijke stemming het voorstel van burge
meester en wethouders te aanvaarden.
IX. VOORSTEL TOT WIJZIGING DER VERORDENING REGELENDE DE VERDELING DER
WERKZAAMHEDEN VAN DE AMBTENAREN VAN DE BURGERLIJKE STAND.
De VOORZITTER deelt mede, dat door de wethouders wordt voorgesteld
om de verordening regelende de verdeling der werkzaamheden tussen
de ambtenaren van de burgerlijke stand te wijzigen. In grote trekken
komt het er op neer dat de volgorde van de ambtenaren van de burger
lijke stand als volgt wordt: 1. H.J.Soffers(dienstdoend ambtenaar);
2. L.A.J.Mazairac; 3- H.A.M.JacobsL.W.Lijmbach en 5« Th.Jacobs,
De voorzitter deelt voorts mede, dat ingevolge artikel 183 der ge
meentewet de ambtenaren van de burgerlijke stand zijn gehoord en
deze geen bezwaren tegen de voorgestelde wijziging hebben, met uit
zondering van dhr.Lijmbach,op grond van het feit, dat hij financieel
nadeel daarvan ondervindt.
Wethouder VERSWIJVER licht nader toe, dat door deze wijziging dhr.
Li jmbach welisx^aar zijn wedde als ambtenaar van de burgerlijke stand
verliest, doch daarentegen als ambtenaar ter secretarie een promotie
'heeft gemaakt ingevolge het raadsbesluit onder sufe IV behandeld.
Voor deze bevordering kwamen de gelijkgeplaatste ambtenaren Elzakker
en Lijmbach in aanmerking. Nu de wethouders op dit punt dhr«Lijmbach
bevorderd hebben, hadden zij verwacht bij hem geen bezwaren te ont-
in dier? he^ do T.*«ririe als awhtenaan van de burgerlijke stand