T - 28 October 1953. g g sprekers mening even waar als treurig, dat door de raad een schamel be grip ten aanzien van de rechtschapenheid en de rechtszekerheid wordt gedemonstreerd, geen ruggegraat wordt getoond en de leiband wordt ge volgd van enige individuen, bij wie geen andere dan onoprechte beweeg redenen en bedoelingen voorzitten. Het is in hoge mate betreurenswaar dig, dat in verband met de gevolgde gang van zaken in een gewestelijk dagfblad onlang^cbeze gemeente en het beruchte Finsterwolde een paral lel werd getrokken. In de gemeente zijn drie bestuursorganen: de raad, burgemeester en wat houders en de burgemeester, de laatste alw vertegenwoordiger van het Rijksgezag. Wil het bestuyhxvan een gemeente zo effectvol mogelijk zijr dan is in de allereerste plaats daartoe een eensgezinde samenwerking nodig. Als echter de raad probeert de gang van zaken scheef te trekken dan zal spreker van zijn kant in de gemeente naar recht en rechtvaardigheid blijven handelen en niet schromen, om de hem bij de wfet toegekende be- voegdheitffeite hanteren. Spreker ziet zich dan ook genoodzaakt om krach tens artikel '76 der gemeentewet niet tot uitvoering van deze intrek- kingsbesluiten over te gaan en deze wegens strijd met de wet en het al gemeen belang ter Koninklijke vernietiging voor te dragen. Dhr. VERSWIJVER verzoekt het woord. De VOORZITTER acht dit agendapunt meer dan voldoende besproken en is bovendien afgedaan. Voor de stremming hebben de raadsleden alleszins gelegenheid gehad hun standpunt uiteen te zetten, zodat verdere dis cussie en nabeschouwing achterwege kan blijven. XIV. SCHRIJVEN VAN J. RENS, LID VAN DE GEMEENTERAAD, HOUDENDE VERZOEK TOT HET MEGEN STELLEN VAN VRAGEN INZAKE HET VERLENEN VAN VESTIGINGS VERGUNNINGEN KRACHTENS DE WOONRUIMTEWET 19^7 De heer RENS deelt mede, dat hem in de jongste dagen verschillende klachten betreffende woonruimte ter ore zijn gekomen. Altijd is door hem de regeling dezer penibele kwestie aan de woningcommissie toever trouwd geworden. Thans na deze klachten meent hij de volgende vragen

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1953 | | pagina 95