28 October 1953g 9 Overheidsinstantie zijn ambtenaren dient te behandelen. Het heeft mDj s^èds bevreemd en het is mij nog niet duidelijk, waarom dhr. Soffers, noch in de raadsvergadering, faoch in de veFgadering van burgemeester en wethouders, in de gelegeneheid werd gesteld zich te verweren of te verantwoorden. Deze beide colleges werden steeds een zijdig voorgelicht, zodat van een objectieve behandeling geen sprake kon zijn. Ik ben v.-an oordeel en met mij geheel mijn fractie, dat door de geno men besluiten dhr. Stoffers een groot onrecht is aangedaan, aangezien door Soffers geen handelingen zijn verricht en zijn gedrag zodanig is, op grond waarvan zou moeten worden aangenomen dat hij, die reeds meer dan 39 jaar in gemeentedienst is, waarvan 3*+ in de gemeente Woens- drecht, en die, dat heeft de verkiezing uitgewezen, zich bij de bevol- king in een hoog aanzien verheugt en een uitstekende reputatie geniet, I behept zou zijn met een immorele mentaliteit, welke hem ongeschikt zou den maken voor zijn functies. In verband hiermede stel ik uit naam van mijn fractie en uit naam van de overgrote meerderheid uit alle lagen der bevolking voor H.J. Soffers in volle eer te herstellen door het besluit van 11 Juni 1953? waarbij hem ontslag werd verleend als gemeente-ontbanger en ambtenaar van de burgerlijke stand in te trekken en hem onmiddellijk wederom in functie te doen treden. Tevens stal ik voor het op 28 Augustus 1953 genomen besluit tot benoe ming van een gemeente-ontvanger en ambtenaar van de burgerlijke stand in te trekken,op grond dat dit besluit in strijd is met de geest en de bedoeling van de gemeentewet. Door dit besluit toch wordt de nieuwe raad, die geacht moet worden de vertegenwoordiger te zijn van de bevolking, belemmerd in het verrichter van bestuursdaden, waaronder niet in de laatste plaats valt het henoe- men van ambtenaren (gemeente-ontvanger en ambtenaar van de burgerlijke stand). Door deze daad is het de nieuwe raad onmogelijk gemaakt de naar zijn mening meest bekwame en meest geschikte personen voor deze functies ii i

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1953 | | pagina 91