o 8 1 September 1 953. p C) uitlating door dhr. Verswijver naar aanleiding van de uitspraak van de Centrale Baad van Beroep inzake het ontslag van dhr. H. Soffers. De VOORZITTER verzoekt dhr. Suijkerbuijk bij het onderwerp van bespre king te blijven en geen andere kwesties aan te snijden. Dhr. SUIJKERBUIJK gaat hiermede accoord. niemand meer het woord wensend geeft de VOORZITTER een uiteenzetting naar aanleiding van de installatie van de raadsleden en de benoeming van de wethouders; De verantwoordelijkheid, die op de schouders van de raadsleden is ge legd, komt wel op de meest duidelijke wijze tot uiting in de zojuist afgelegde eden, waarbij zij tegenover God hebben verklaard, dat zij on kreukbaar geweest zijn bij de verkiezingen en ook in de toekomst on kreukbaar zullen zijn en dat zij de belangen der gemeente voor alles zullen voorstaan en behartigen. Gedurende de eerstkomende vijf jaren zal de richting en het tempo van het gemeentelijk beleid door de gemeenteraad dienen te worden bepaald, waarin in een zeer voorname mate het college van burgemeester en wet.--, houders aandeel heeft. Op de wethouders toch rust een groot gedeelte van de verantwoordelijk heid voor de gemeentelijke bestuurstaak en het is van uitermate groot belang, dat voor deze functies personen worden gekozen, die boven de grote massa uitsteken, zowel door intelligentie als door grootheid van karakter en persoonlijk overwicht. Op één aangelegenheid wens ik als voorzitter in alle oprechtheid en eerlijkheid te wijzen. Een viertal leden van de nieuw geformeerde raad hebben in de afgelopen zittingsperiode herhaaldelijk blijk gegeven zich van het raadslidmaat schap ten aanzien van verschillende aangelegenheden te kwijten op een wijze, welke door ieder weldenkend mens als afkeurenswaardig zal worden gekwalificeerd.. Deze leden hebben niet alleen een gemis aan objectiviteit aan de dag gelegd, doch hebben eveneens een juiste voorlichting genegeerd en doof

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1953 | | pagina 76