221 OPENBARE VERGADERING van de RAAD der gemeente WOENSDRECKT op VRIJDAG November 1952 des namiddags te zeven uur. Voorzitter: de Edelachtbare heer L.A.J.Mazairae, tevens secretaris. Tegenwoordig de heren? Jacobs, van GemertVerswijver, van Zundert, ïïitdewiliigen, Jansen, Raaymakers, Suijkerbuljk, Leenaarts en Marcus. Afwezig de heer Rens. De voorzitter opent de vergadering met gebed, waarna hij aan de orde stelt de benoeming van een voorstemmer. Tot voorstemmer wordt bij het lot aangewezen de heer Marcus. I. VASTSTELLING NOTULEN DER VERGADERINGEN VAN 26 EN 27 SEPTEMBER 1952! Deze notulen, welke aan de leden in ontwerp zijn toegezonden, worden zonder hoofdëlijke stemming onveranderd vastgesteld. II. I EDEDELINGEN: a. Schrijven van heren Gedeputeerde Staten d'd. 29 October 1952, hou dende instemming met het raadsbesluit van 26 September 1952 tot wijziging der salarisverordening voor het gemeentepersoneel. De VOORZITTER deelt mede, dat dit besluit betrekking had op de mo gelijkheid om twee werklieden in de hoogste loonklasse in dienst t e nemen. Naar aanleiding van deze instating wordt thans een op roep geplaatst voor een gemeentewerkman, De voorzittervraatft of de raad het benoemingsrecht van deze gemeentewerkman aan zich wenst te behouden of deze bevoegdheid in dit geval wenst te dele geren aan burgemeester en wethouders, gezien de huiver, welke te dien opzichte door de raad is aan de dag gelegd bij de laatste be noeming, van een gemeentewerkman. Dhr .VERSWIJVER wenst herhaling van het voorval met de werkman Suijkerbuijk te voorkomen. De gemeentewerkliedenbehoren gesala rieerd te worden overeenkomstig hun vakbekwaamheid, Dit de solli- citatieoproep zal a.i. ook moeten blijken welk^socrt vakman men wenst. Voorzichtigheidshalve wenst hij daar oil het benoemingsrecht niet te delegeren. De lOtStÉfTER zegt dat met de groei der gemeente ook andere eisen gesteld worden aan het personeel. De gemeente heeft thans behoefte aan een werkman welke bekend is met het metselvak. Wat dhr.ouij- kerbuijk bet*eft, deze had bezwaar tegen zijn nettoloon (na inhou ding van de pensioenhijdrage^^e laag was in vergelijking^ mei; de lonen in het vrije bedrijf. Door de vastgestelde^loonsvernoging is enkele dagen nog getracht hem te behouden, hij ging daarmede accoord, doch nam na enkele dagen toen ontslag zonder opgave van redenen. Dhr.VERSWIJVER meent de oorzdak te moeten zoeken in het feit, a«t het loon van de werklieden dikwijls niet in verhouding staat tot hun prestatie. Zo heeft hij persoonlijk geconstateerd, dat door de voorman Hoeks in 3t dag tijd straatwerk is verricht, waarvoor de gemeente aan de Waterleidingmaatschappij 75.== in' rekemmg brengt. Hij acht het billijk, dat dan ook aan de gemeentewerkman een prestatieloeslag in zo'n geval wordt verstrekt. X U JN"■J" -* w V V VUl \J\JXX O v v - I

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1952 | | pagina 55