1 Q K (L 30 Hei 1952. houdtgeheel vrijwillig en zonder ook maar het geringste aandringen, afgegeven. De heer YERSWIJVER vindt het onbegrijpelijk, dat o.a. het verboren gaan van de eremedaille van P.Soffers als motief is aangevoerd tegen dhr. Soffers, terwijl toch ook de burgemeester zelf indertijd een schriftet lijke verklaring heeft afgelegd inzake dit zoekraken. Voorts meent spre ker, dat de gehele zaak sterk is overdreven en er te veel waarde is ge hecht aan verklaringen van verschillende personen, welke niet de volle dige burgerschapsrechten bezitten vanwege hun gedrag tijdens de Duitse bezetting De VOORZITTER antwoordt, dat ondanks de persoonlijke kanten welke hier- aan kleefden, deze aangelegenheid uiterst objectief is beoordeeld en dat, 11a een op meer dan gewone wijze aan de dag gelegde lankmoedigheid, het dagelijks bestuur zijn standpunt heeft bepaald.Het voorval inzake de eremedaille, is slechts een bijkomstigheid, waarop door de dochter van de gedecoreerde overledene de aandacht is gevestigd. Overigens is dit voorval spreker verder onbekend. Het frap eert spreker echter ten zeerste, hoe dhr. Verswijver c.s. in deze aangelegenheid, waarbij in zo'n hoge mate het belang der gemeente is betrokken, zich een dergelijke eenzijdige mening hebben gevormd en in deze als arbeidsafgevaardigden en bloc nog de moed hebben een lans te breken voor een ambtenaar, wiens echtgenote zich aan het meest afzichtelijke kwaad wat denkbaar is, heeft schuldig gemakt en in feite alleen reeds daardoor onmogelijk nog langer in publieke dienst is te handhaven, doch.waarbij zich nog de omstandigheid heeft gevoegd, dat inplaats vaahaar_ vunzig gedrag te veroordelen, hij haar handelswijze nog heeft vergoelijkt en zich de zelfde lasterlijke uitlatingen heeft gepermitteerd, zoals deze door zijn vrouw schriftelijk en Étenoniem zijn gedaan. Voor een objectief beoordelaar zal het volgens spreker geen betoog be- 1 hoeven, dat de beroepsactiviteit van een ambtenaar wegens de specj,-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1952 | | pagina 26