30 Hei 1952. 194
kiezers naar voren te brengen.
Ter motivering van het voorstel tot ontslag aan dhr.Sofiers zijn in de
vorige vergadering motieven naar voren gebracht, welke niet op waar
heid berusten. Z.i. hebben sommige raadsleden te veel gesteund op de
woorden van de Voorzitter. Hij heeft geconstateerd, dat enige raadsle
den-voorstemmers zich na de vergadering hebben uitgelaten, alsof zij
ook tegen het voorstel van burgemeester en wethouders waren. Voorts
heeft spreker vernomen, dat door wethouder Jacobs bij sommige personen
is geïnformeerd of zij iets konden mededelen ten laste van dhr.Sofiers.
(Wethouder JACOBS ontkent dit ten stelligste.) Ook vindt sproer het
niet juist, dat dhr.ïimmers practisch een voor dhr.Soffers belastende
verklaring is afgedwongen. Tot drie maal toe heeft de /oorzitter aan
dhr.Timmers om een dergelijke verklaring gevraagd. De methode, die
toegepast is, gaat geheel in tegen de Katholieke levensbeginselen en is
practisch broodroof. Spreker vraagt zich af, of nu nog verdere maar
regelen getroffen moesten worden tegen een ambtenaar, welke reeds zwaar
gestraft is door regelmatige verbreking van de huiselijke vrede ten
gevolge van een misstap van zijn echtgenote.
-Wethouder JACOBS verlaat de vergadering.
De VOORZITTER antwoordt, dat, hoewel niet ter gaxe dieuQij.de e.u boven
dien erg subjec^le^'door hem is waargenomen, in alle lagen der bevoln
het laaghartig gedrag van zijn echtgenote totaal verafschuwd en ver
foeid wordt, zodat onafwendbaar en vanzelfsprekend, de publieke opinie
eveneens een ten opzichte van de heer Soffers verre van onverdeeld
gunstig oordeel velt. Van sommige zijden verwondert men zich er nog
over, dat de heer Soffers nog steeds in functie gehandhaafd is. Spreuer
meent ook te mogen opmerken, dat de ArbeidsbevolMnfe, waarvan de hJaer
Verswijver zeg$ de vertegenwoordiger in de Raad te zijn, in het algemeen
zeer zeker niet het gedrag van dhr.Soffers zal goedkeuren. De verkla
ring van dhr. Timmers, welke toch niets meer .dan de juiste feiten m-