30 "unl 1950 3 4
heer EENS brengt nogmaals met kiem. zijn bezwaren tegen de vestiging
van de school aan de Aluybergseweg naar voren;
De zusters willen juist uit een oogpunt van verkeersveiligheid de uit
gang der school verleggen, terwijl nu van andere zijde weer een uitweg
zal komen van de te vestigen school. Ook de noodzaak xxk of nuttigheid
van een onderwijscentrum ziet hij niet in, temeerdaar het hier een
landbouwschool betreft» DeZe behoort z.i. niet thuis in de bebouwde kcm
daar er dan geen mogelijkheid is voor uitbreiding voor de aanleg van
proefvelden e.d. Het door hem bedoelde perceel heeft geen dezer bezwa
ren, en is eveneens circa ^0 m breed, zodat de school aan de straatzij
de gebouwd zal kunnen worden. Op grond van het bovenstaande wenst de
heer Rens van zijn idee een voorstel te maken#
De heer VERSWIJVER is het gedeeltelijk met de heer Rens eens, maar wil
bovendien gaarne vernemen, op welk terrein het nieuwe sportterrein zal
worden ingericht.
De VOORZITTER antwoordt dat van gemeentewege reeds de grondslagen zijn
gelegd voor een nieuw sportterrein. Overigens is de Voetbalvereniging
huurder van bedoeld perceel grond, en is het niet direct de taak van
het gemeentebestuur om bij de huuropzegging voor een nieuw terrein te
zorgen. Overigens is het Bestuur van METO reeds geruime tijd geleden
op de hoogte gebracht dat het terrein door haar zal moeten worden ver
laten, in verband met de sanering van het kruispunt HUybergse- en Putse
weg. Thans is reeds door de provincie overeenstemming bereikt met enige
huiseigenaren tussen deze wegen, dat hun panden binnen afzienbare tijd
zullen worden gesloopt. voorts wordt het Jeugdhuis hersteld en uitge
breid, waarvoor ook weer een gedeelte van het sportterrein benodigd zal
zijn.
Wat het bezwaar van de heer Eens betreft over de mogelijkheid tot uit
breiding, kan worden medegedeeld dat het gebouw alleszins ruim is opge
zet zodat binnen afzienbare tijd geen uitbreiding noodzakelijk zal blij
ken. blijft voldoende grond over voor de proefvelden,
Wethouder JACOBS onderstreept de woorden van de Voorzitter en atten-
