29 April 19^9. ';l)9
staan bij het plaatsen van de afscheidingshagen en afrastering van de
Prinses ^aatrixstraat
Wethouder VERSWIJVER antwoordt dat het niet mogelijk is om iedere eiges-
naar een afrastering te geven. Deze is alleen geplaatst langs gronden
aarop regelmatig vee graast. De heer de Vreng had langs zijn erf ook
een afscheidingshaag kunnen krijgen, maar hij wenste deze niet, daar
hij daarmede weer een gedeelte van zijn erf zou missen, omdat deze hasg
in dexzelfde lijn zou worden geplaatst als de overige afscheidingshager
Thans verlangt ahr.de Vreng een afsastering. Dit is echter niet mogelij
•el is het nog mogelijk dat een haag wordt geplant op de door de ge
meente voorgestelde lijn.
b. de heer VAN GEMERT informeert vervolgens wanneer het bestratinsgwerk
aan de .Beatrixstraat zal worden opgeleverd.
De VOORZITTER antwoordt dat nog steeds geen volledig accoord is verkre
gen omtrent enige werkzaamheden, welke volgens inzien van de gemeente
nog verbeterd moeten voorden. Net Gemeentebestuur dringt echter voort
durend bij eb aannemer op afwerking hiervan aan.
c. de heer R1AYMAKERS verzoekt om Bouw-,woning- en welstandstoezicht er op
te wijzen, dat zij niet al te streng moeten zijn bij de beoordeling
van de bouw van bergplaatsen e.d.
De VOORZITTER antwoordt dit dit een teer punt is. ^eneinde ongewenst
bebouwing tegen te gaan is het hoodzakelijk dat eventueel streng wordt
opgetreden.Van de andere zjjde kan hij de redelijkheid van de verlangen
der inwoners naar een bergplaats begrijpen.Hij meent echter dat voor de
bouw van een goedkope staar behoorlijke bergplaats zeer zeker de mede-
werking zal worden ondervonden van het gemeentebestuur.
d. de heer PLOMPEN wijst nog op verschillende klachten over de afwerking
van de eerste 20 wnningwetwoningen.
De VOORZITTER zegt dat een uitvoerig rapport over deze woningen ter be
handeling is doorgezonden naar de architect en de aannemer.
Vervolgens wordt de vergadering gesloten met gebed.
Opgemaakt te Woensdrecht, de 29 April 19^9,
r voorzit oer wethouder.