Bergen op Zoom, terwijl daartegenover geen inkomsten zijn opgenomen. Uit het ingesteld onderzoek is de commissie niet tot de overtuiging kunnen komen, dat het bedrijf een verlies heeft opgeleverd. De versohillende door de commissie nagerekende in komsten en uitgaven komen haar onbetrouwbaar voor. Op grond van een en ander stelt de commissie dan ook voor afwijzend op het verzoek van den heer Goderie te beschikken. De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en wethouders, waar zij geen gelegenheid hebben gehad dit rapport nader te bestudeeren, thans moeilijk een voorstel ter zake kunnen doen. Overigens acht hij de in het rapport voorkomende uit drukking omtrent "onbetrouwbare cijfers" nog al een krasse beschuldiging, doch hij meent te mogen aannemen, dat de commissie hiervoor gegronde reden zal hebben gehad. Hij stelt vervolgens voor dit stuk nader in besloten zitting te bespreken, waartoe zonder hoofdelijke stemming wordt besloten. UURLOON GEMEENTEWERKLIEDEN. De Voorzitter merkt op, dat de gemeente-werklieden thans 0.25 per uur verdienen, terwijl het collectief loon in den landbouw 0.27 bedraagt. In verband hierme<b stellen burgemeester en wethouders voor het loon der gemeentewerklieden hiermede in overeenstemming te breng en. De heer van Ginneken zegt, dat het loon der bouwvak arbeiders 0.32 per uur bedraagt, waarom hij voor de gemeentewerklieden het uurloon zou willen bepalen op het midden tusschen beide bedrageny. zijnde 0.30. De heer en de Dooij, Bogers, Rens en Mangelaars steunen dit voorstel, waarna het met 9 tegen 2 stemmen wordt aangenomen. Tegen stemmen de beide wethouders Verswijver en Overbeek. De verhooging gaat in per 1 Maart 1941. SALARIS SCHOONHOUDSTER GEMEENTEHUIS. In verband met de verbouwing van het gemeentehuis en den grooteren toeloop van het publiek stellen burge meester en wethouders voor het salaris van de schoon- houdster van het gemeentehuis, hetwelk thans 144.- bedraagt, te verhoogen en met terugwerkende kracht tot 1 Ootober 1940 te brengen op 250.- per jaar. Na ampele discussie - waarbij de heer Hussaarts de vraag stelt of het geen aanbeveling verdient, nu de tegenwoordige schoonhoudster gehuwd is, een ander het

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1941 | | pagina 19