5 - i - 19*0. 107
mannen zich blijmoedig hebben opgemaakt om ons Vorstenhui'
en Land te dienen.
Een woord van huid e en dank voer de correcte wijze waarop
ook onze jongens en mannen aan den oproep gevolg hebben
gegeven en zich ook verder van hun plicht hebben gekweten,
is nier zeker op zijn plaats.
Dat de voorbeeldige wijze waarop de mobilisatie verliep en
het korte tijdsbestek waarin onze weermacht paraat was,er
niet weinig toe hebben bijgedragen,dat in ons land tot dusver I
de v ede kon worden bewaard,moet geenszins uitgesloten
worden geacht.
Laten wij hopen en bidden,dat ons land ook in de toekomst
niet in den oorlog wordt betrokken en,indien God het wil,
de vrede onder alle volkenen spoedig wederkeere.
Al is de algemeene toestand bij de intrede vah 19*0 weinig-
bemoedigend, toch vermeen ik dat dit voor ons geen reden
mag zijn om niet alle zeilen bij te zetten.Het komt immers
vake?" voor,dat tegen den wind in moet worden gezeild.
Zij het U allen gegeven,om ook in dit nieuwe 3aar in gsmeen-
-• schappelijk overleg en met succes te arbeiden aan een
betere toekomst, a.an het welzijn en den bloei van onze dier
bare gemeente.
Moge dan,onder Gods' onmisbaren zegen,19*0 voor alle inge
zetenen zijn een jaar van vrede,geluk en voorspoed.
Vervolgens Mijne Heeren,wil ik U allen - en niet minder de
heeren Wethouders en Raadsleden die we na de verkiezingen
hier niet mochten terugzien - alsnog' hartelijk dankzegg n
voer de prettige samenwerking,welke ik ook in het afgeloopen
jaar weder zoo ruimschoots heb mogen ondervinden.
Dank ook aan hetxsecretariepersoneelde overige ambtenaren
en de pers voor de ondervonden medewerking'.
De heer Hussaarts,als oudste lid van den Raad,dankt den
Voorzitter voor de hartelijke tot hem gerichte woorden en
