20-10-1937
zijn,de wekelijkschestorting ad f.0,25 zal moeten doen.
Hij vraagt verder of het niet mogelijk is,vooral des winters,
warme voeding te verstreden aan daarvoor in aanmerking komende
kinderen.
Vervolgens wijst hij op de groote uitgaven voor virpleging
van armlastige krankzinnigen.In dit verband vestigt hij er de
aandacht op,dat er in deze gemeente verschillende achterlijke
kinderen zijn,die bij het ontvangen van de noodige leiding
misschien nog tot volwaardige menschen kunnen worden opgevoed.
Gebeurt er voor hen niets,dan is de kan§/groot,dat zij later
ook ten laste der gemeente zullen komen.
Hij informeert verder naar de gehouden grasverpachting,wijl
deze slechts een miniem bedrag heeft opgebracht.
Wat betreft het geven van een gratificatie aan de volontairs
ter secretarie merkt hij op zifh hiermede accoord te kunnen
verklaren.Benerzijds vindt hij het echter niet juist deze met
terugwerkende kracht nog voor het jaar 1937 te verleenen.
De Voorzitter antwoordtdat de bezuiniging van het burgerlijk
armbestuur mogelijk was doordat o.m.minder geraamd kon worden
voor verpleegkosten en voor betaling van huisnuren.
Het verstrekkenvan warme voeding aankinderen,acht spreker geen
zaak voor de gemeente.Dit zou beter kunnen geschieden door
een St.Vincentiusvereeniging,welke ook hier zal worden opgericht.
Hij adviseert dan ook te zijner tijd op een eventueel verzoek
daartoe de rroodige subsidie te verleenen.
Wat de zorg voor achterlijke kinderen betreft,zegt hij te
kunnen mededeelen,dat het burgerlijk armbestuur reeds in de
door den heer Verswijver bedoelde richting werkzaam is.
Voor de gehouden grasverpachting bleek dit Jaar zoo goed als
geen animo te bestaan; nadien zijn nog enkele perceeltjes
ondershands verpacht.Hetracht zal worden door meerdere bekend
making aan deze verpachting te geven een grootere opbrengst
voor de gemeente te verkrijgen.
Het verleenen van een gratifisttie aan de volontairs strekt