22-6-1934.
(zie dossier 1934,No.5/4 D.
De heer Hussaarts merkt op,dat de in deze regeling genoemde be
dragen en subsidiepercentages slechts als oogenverblinding zijn
te beschouwen,wijl deze door den Minister toch niet gesanction-
neerdzullen worden.
VI. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET OPNIEUW BE
LEGGEN VAN EEN GEDEELTE EENER WAARBORGSOM.
De volgende besluiten worden zonder hoofdelijke stemming vast
gesteld:
DE RAAD DER GEMEENTE WOENSDRECHT;
Overwegende:
dat de door het bestuur van het Zedelijk Lichaam "Vereeniging
van vrouwen tot het geven van onderwijs" te s Hertogenbosch,
tevens bestuur der R.K.Meisjesschool,te Hoogerheide,gestorte
waarborgsom ad 1063,72 bij raadsbesluit van 27 October 1930
goedgekeurd door heeren Gedeputeerde Staten van Noordbrabant bij
beschikking van 5 November 1930,G.No.135,rentegevend is belegd
in een obligatie der 4\*jo leening 1917 der Provincie Noordbrabant
en in een obligatie ad 100,- der 4\^o Staatsleening 1917;
dat de obligatie der leening van de provinoie Noordbrabant ad
1000,- per 15 Juli 1934 aflosbaar is gesteld,terwij 1 het ge-
wensoht is dit bedrag opnieuw rentegevend te beleggen;
Besluit
een bedrag ad 1000,-,afkomstig van bovenvermeld waarborgsom,
ingevolge art.73 der Lager Onderwijswet 1920 opnieuw rentegevend
te beleggen hetzij in een obligatie van een Nederlandscl$e Staats
leening, hetzij van een leening van een der Nederlandsohe provin
ciën, hetzij van een leening van een der Nederlandsche gemeenten,
nominaal groot 1000,-.
Te bepalen:
dat het bij deze inwisseling eventueel terug te ontvangen be
drag doordat deze aankoop mogelijk minder zal kosten dan gemelde
som ad 1000,- belegd zal worden bij de Rijkspostspaarbank.
ev ff r
\ti£