22-S-3.934. aan het verbet©ren van verschillende wegen en waterlossingen. De heer Verswijver verklaart zich geheel accoord metohet ge sprokene door den heer Daverveldt.Met de invoering eener steun regeling naast de werkverschaffing voor hen die niet tewerkge steld kunnen worden,kan spreker zich wel vereenigen.Hij bepleit verder ook het in orde brengen der wegen. Wethouder Rens zet het standpunt van de meerderheid van het Dagelijksoh Bestuur nader uiteen.Hij merkt op,dat reeds ver schillende malen in den Raad het aankoopen van nieuwe objecten ter sprake is gebracht3doch wegens te hooge koopsom is men hierop niet ingegaan.Hij noemt dit een wan de redenen,die de meerderheid van Burgemeester en Wethouders op het denkbeeld hebben gebracht om een steunregeling in te voeren,hetgeen spreker beslist noodig acht,wijl bij de geringe werkgelegenheid die er op de werkverschaffing nog is(omdat door de commissie voor de werkversofaffing en door het Dagelijksoh Bestuur niet tijdig is ingegrepen,binnen 14 dagen verschillende tewerk ge stelden zonder werk zullen zijn.Ook de meerderheid van Burgemeester en Wethouders prefereert werkverschaffing boven steun,doch wijl de commissie voor de werkverschaffing geen nieuwe objecten heeft,zal men aan een steunregeling niet kunnen ontkomen.Hij merkt verder op,dat er bij de plaatsingen der werkloozen vele misbruiken bestaan, die niet of althans zeer moeilijk te controleeren zijn; zulks zal bij een steunregeling heel wat minder zijn. De Voorzitter protesteert tegen de uitlatingen aan het adres der commissie voor de werkverschaffing.Deze commissie dient hulde gebracht te worden voor hare activiWètt.Hij merkt verder op,dat er nog 10 H.A-heide te spitten is.Spreker zegt niet tegen de vaststelling eener steunregeling te zijn,doch wel tegen de in voering.Slechts in uitérsten noodzaak zegt hij hieraan te zullen medewerken.Voor de werkloozen is werkverschaffing veel beter, terwijl een steunregeling toch geen belastingverlaging zal brengen,hetwelk door de meerderheid in de vergadering van Burge-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1934 | | pagina 83