6-2-1934.
belangstelling- hebben gegeven op Nieuwjaarsdag of in den loop
der maand Januari,betuig; ik mijn hartelijken dank,terwijl ik
hun in het bijzonder alle goeds toewensch.
Met de bede,dat Gods zegen op Uw arbeid moge rusten,verklaar
ik de eerste vergadering dezes jaars geopend.
De heer Hussaart3,als oudste lid van den Raad deze rede beant
woordend, dankt den Voorzitter voor de toegesproken woorden.Hij
ZLg"t,dat het jaar 1933 met zijne vele moeilijkheden weder tot
het verleden behoort en dat het hieuw ingetreden jaar nog weinig
lichtpunten biedt.Hij herinnert er aan,dat in het afgeloopen
jaar noodgedwongen bijne ondragelijke belastingen op de schouders
der ingezetenen zijn gelegd.Dan brengt hij ter sprake de vele
klachten der middenstanders,dat een groot deel der ingezetenen
feijn inkoopen doet buiten de lands- en gemeentegrenzen.Hij doet
een beroep op aller steun en medewerking óm dit euvel den kop
in te drukken.Ten slotte spreekt hij de hoop uit,dat het allen
wel moge gaan in 1934.
De Voorzitter stelt alêdan aan de orde de benoeming van een
voorstemmer.
Tot voorstemmer wordt bij het lot aangewezen de heer Overbeeke.
I. VASTSTELLING NOTULEN DER VERGADERING VAN 20 NOVEMBER 1933.
De nptulen dier vergadering,welke voor de leden ter inzage
hebben gelegen,worden zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
II. INGEKOMEN STUKKEN.
a.SCHRIJVEN VAN HEEREN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORDBRABANT,dd
10 Januari 1934houdende mededeeling,dat bij Koninklijk Besluit
van 2? December 1933,No.57,goedkeuring is verleend aan het
raadsbesluit van 20 November 1933 tot heffing van 200 opcenten
op de personeele belasting.
b.SCHRIJVEN VAN HEEREN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORDBRABANTdd
10 Januari 1934,houdende mededeeling,dat bij Koninklijk Besluit
van 27 December 1933, No57, goedse uring is verleend aan het
raadsbesluit van 20 November 1933 tot heffing van 50 opcenten
op de vermogensbelasting.