20-11-1933. 1 92 de voorgelegde toelichting een besparing op de uitgaven der werkverschaffing brengen van 3000,-. AKI'WOORDRAPPORT BURG HM EKSTER EN WETHOUDERS. Waar op alle uitgaven ingekort moetjé worden,zal ook op den post voor de werkverschaffing bezuinigd dienen te wordenwaar om aan de Regeering zal moeten worden voorgesteld het uurloon aan de werkverschaffing met 0,02 te verlagenOfschoon wij ten volle overtuigd zijn,dat het bestaande uurloon reeds gering is,zal ook noodgedwongen hieraan niet te ontkomen vallen,ten einde hierdoor een besparing van uitgaven te verkrijgen ad 3000,-. Na voorlezingvan het gedeelte uit beide rapporten brengt de heer Rens in het midden,dat hij de bewuste circulaire van den Minister dat ook heeft gelezen,doch deze aanschrijving hem niet duidelijk is; welke bezuiniging op loonen in deze wordt bedoeld.Hij vraagt zich af,of het niet beter zou zijn de salarissen van de hooge ambtenaren in deze gemeente te verminderen dan op de loonen der aan de werkverschaffing tewerkgestelde personen korting toe te passen.Hij zou het betreuren,dat deze menschen dan nog minder inkomsten zouden gaan krijgen en hij vraagt zich dan ook af,hoe dia lieden dan met hun geringe verdiensten zullen moeten rond komen. Door verhooging van het zielental is de jaarwedde van den Burgemeester tevens Secretaris verhoogd,maar bij verlaging van het zielental heeft geen verlaging van dis jaarwedden plaats gehad,terwijl dit bij de wethouders wel het geval is.Hij meent, als er bezuinigd moet worden,dat zulks van bovenaf moet plaats hebben.De Voorzitter wijst er den heer Rens op,dat het geen dankbare taak is voor het gemeentebestuur om met dit voorstel voor dan dag te komen.Het is echter den wensch van den Minister om te bezuinigen,ten einde een meerdere Rijksbijdrage te ver krijgen Bovendien is het nog een gxo ote vraag,of de Minister van Sociale Zaken dit voorstel zal sanctionneeren. Persoonlijk is hij niet voor deze verlaging,want ook hij vreest,dat bij een uuxxloon van 0,20 in plaats van 0,22 de werkloozen gezinnen geen

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1933 | | pagina 210