4
191
-
20-11-1933.
De heer Overbeeke zegt het voorstel der commissie te moeten
handhaven en acht salar isverhooging voor dezen persoon wel bil
lijk.
De heer Rens zet het standpunt der commissie nader uiteen en
zegt,dat door geen verhooging toe te kennen deze ambtenaar de
gemeente wel zal gaan verlatenVoor een nieuwe kracht zullen
wij meer moeten betalen.Hij vindt de verhouding in de jaarwedden
op de secretarie niet juistterwij 1 deze peBsoon een goede kracht
is,dien de gemeente eigenlijk niet kan mis sen.Bovendien zijn
de jaarwedden der ambtenaren hier zeer laag,hetgeen blijkt uit
het staatje van den bond van gemeente-ambtenaren.Om al deze
redenen verklaart hij zich voor het voorstel der commissie.
De Voorzitter zegt,dat ook de andere ambtenaar ten volle voor
zijn taak berekend is en uit het betoog van den heer Rens zou
te concludeeren zijn,dat er op de secretarie geen enkele andere
goede ambtenaar zou zijn dan de heer Jacobs.Dit acht spreker
niet juist.Bog markt hij op,dat hij het wel eens is met het voor
stel der commissieTegenover andere gemeenten zijn hier de
salarissen zeer laag.In deze is hij het volkomen eens met den
heer Rens,die op het lage peil der jaarwedden heeft gewezsn aan
de hand van het aangegeven staatje.Het dagelijksch bestuur meent
ih deze de beslissing aan den Raad te moeten overlaten.
Het voorstel der commissie wordt met zeven tegen vier stemmen
aangenomenTegen stemmen de heeren Vermaat,Hussaarts,Daalmans en
wethouder Mel sen.
RAPPORT COMMISSIE VAN ONDERZOEK.
Hoofdstuk IX,par.2,volgn.158. Bijdrage aan den kapitaaldienst
voor werkverschaffing.
Waar volgens de circulaire van den Minister van Sociale Zaken
d.d.4 November 1933,ook op de uitgaven voor werkverschaffing
dient bezuinigd te worden,kan Uwe commissie zich noodgedwongen
vereenigen met een aan de Regeering voor te stellen verlaging
van het uurloon aan de werkverschaffing met 0,02.Dit zal volgens