1 /Hf 101 26-5-1933. in de laagste volksklasse". De artikelen 8,9 en 10 worden zonder hoofdelijke stemming goed gekeurd Na voorlezing van art. 11 vraagt de heer Vsrmaat of de gemeente geneesheer zich niet met de vervanging kan belasten. De Voorzitter antwoordt,dat de gemeentegeneesheer verplicht is zulks te doen ingevolge het ambtenarenreglement. De artikelen 12 tot en met 18 worden hierna zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. Na voorlezing van de artikelen 19 en 20 zegt de heer Rens,dat hij niets gehoord heeft over de pensioensbijdragen. De Voorzitter zegt,dat een dergelijke bepaling niet in een in structie thuis behoort,doch dat dit betreft een nadere kwestie, welke de Raad bij de behandeling der begrooting kan regelen. De heer Vermaat merkt op,dat art.17 spreekt van wachtgeld ten laste der gemeenteGesteld,dat er annexatie komt,dan zijn er twee vroedvrouwen in de streek. De Voorzitter antwoordt,dat deze bepaling dient als de vroed vrouw overbodig is.Bij eventueele annexatie wordt dit i# een afzonderlijke wet geregeld.Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming geheel de instructie vastgesteld,welke luidt als volgt: DE RAAD DER GEMEENTE WOENSDRECHT; gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders; gelet op art.3 4 der Armenwet en art.125 der Ambtenarenwet 1929; gezien het advies der Gezondheidscommissie zetelende te Bergen op Zoom,d.d.5 April 1933; Besluit: vast te stellen de navolgende instructie: INSTRUCTIE voor de gemeentevroedvrouw,belast met de armenpraktijk in de gemeente Woensdrecht. Artikel 1. De gemeentevroedvrouw,belast met de armenpraktijk,hierna te noemen "de vroedvrouw*wordt aangesteld doot den gemeenteraad

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1933 | | pagina 119