zp^ I f I m tmm i 20-10-1932. artikel 1 dezer verordening,een gulden vijf en zeventig cent. De te heffen belasting zal voor alle gebouwde eigendommen gelijk zijn. Artikel 4, -.I Het belastingjaar loopt van 1 Januari tot en met 31 December, Deze belasting wordt geheven over de belastingjaren 1933 tot en met 1962. Artikel 5. Geen belasting wordt geheven voor; 1_. gebouwde eigendommen,waarvan de gemeente of hare instellingen de genothebbenden zijn, 2.. gebouwde eigendommen uitsluitend dienende voor den openbaren eeredienst,zijnde de beide Roomsch Katholieke Kerken in deze ge meente,met de daarbij beboerende erven. 3, gebouwde eigendommen,gelegen in de wijken,genoemd in artikel 1, dia niet gevoegelijk kunnen worden aangesloten aan het electrisch net der P.N.E.M.in de gemeente Woensdrecht, 4. gebouwde eigendommen,gelegen in de wijken in artikel 1 genoemd, die eerst zullen zijn gebaat door een eventueels latere uitbrei ding van het electrisch net. Artikel 6. Hij,die na den aanvang van het belastingjaar ophoudt genothebbende te zijn,in den zin van artikel 2,is de belasting over het geheele loopende jaar verschuldigd en heeft geen recht op afschrijving of teruggaaf van belasting. ?oo,r het geval de verschuldigds belasting niet verhaalbaar is op den gewezen genothebbende,ia de opvolgende genothebbende aansprake lijk voor de oetaling der belasting. Artikel 7. De invordering geschiedt overeenkomstig de verordening van heden Artikel 8, Deze verordening treedt in werking op 1 Januari 1933, Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna de verordening op de in-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1932 | | pagina 77