im 27-1-1S33. politiek openbaar college zitting heeftTengevolge van de met hst Burgerlijk Armbestuur gevoerde correspondentie verwacht spreker, dat de persoon, die nu als lid wordt aangewezen, ook wel als Voorzitter zal worden benoemd. In het Burgerlijk Armbestuur hebben reeds twee personen zitting,die tevens lid van den Baad zijn, doch die mogen voor een benoeming op de eerste plaats niet in aanmerking komen,terwijl de twee anderen,zonder iets van hunne goede hoedanigheden af te willen dingen,ziniet in staat zijn de&eiaing te geven. Be Heer Verswijver vraagt of er dan onder de arbeiders geen personen zijn om krachtig te kunnen optreden,waarop de Voorzit ter repliceert en zegt, dat de te benoemen persoon ook eenfcgszins administratief onderlegd moeten zijn. Be Heer Verswijver merkt op, dat er onder de arbeiders ook wel personen gebonden worden,die goed administratief onderlegd zijn. Als men eens ziet,wat verschillende persoden uit de organisatie's tegenwoordig moeten doen,kan men aannemen,dat die measohen voor die positie evengoed geschikt zijn als een ander. Spreker stelt daarom voor op deze voordracht twee arbeiderscandidaten te plaat sen. Be Voorzitter zegt,dat de Heer Verswijver zulks niet kan voor stellen,omdat het opmaken der voordracht tot de competentie van Burgemeester en Wethouders behoort.Wel kan de Heer Verswijver voorstellen deze voordracht te verwerpen,zoodat Burgemeester en Wethouders dan met een nieuwe voordracht moeten komen. Het voorstel van den Heer Verswijver om deze voordracht te ver werpen, wordt niet ondersteund, zoodat tot stemming wordt over gegaan. Tot stemming overgaande verkrijgt bij eerste stemming de Heer J.J.Theuns 5 stemmen, terwijl 2 stemmen op den Heer van Opdorp en 2 stemmen blanoo worden uit gebrachtzoo dat de Hesr J.J.Theuns is benoemd tot lid van het Burgerlijk Armbestuur,wien bericht van zijn benoeming zal worden gezonden.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1932 | | pagina 48