27-1-1932. in het leven te roepen en als dat destijds was geschied, dan zou dit alles niet hebben plaats gehad.Naar sprekers meening had de Raad reeds lang op het verzoek van het bestuur der R.K.Werk liedenvereniging tot invoering van een steunregeling in moeten gaan. Be Voorzitter zegt nog eens gaarne te willen herhalen wat hij in de vorige vergadering heeft gezegd.Men kan verzoeken indienen om een steunregeling in het leven te roepen zooveel men wil; hierop zal echter ntet worden ingegaan.Men behoeft daar niet meer over te spreken en hij zal zich daartegen met hand en tand verzetten zoolang hij hier de leiding heeft.Wei is spreker be reid zooveel mogelijk werkverschaffing t eb evorde ren, zoodat de menschen werk krijgen. De Heer Verswij ver wil alleen maar zeggen,dat als men eerder een steunregeling had samengesteld en deze regeling was tijdig goedgekeurd,dat de gemeente dan niet alleen deze kosten te dragen had. De Heer Daverveldt brengt in het midden,dat deze redeneering van den Heer Verswij ver niet opgaat.Had men tijdig sprekers voorstel aangenomen om werk te verschaffen,alsdan zou er ook geen steun behoeven gegeven te zijn. De Voorzitter merkt op, dat het werk bij den Heer Moree geëindigd was en de wnd.Burgemeester had niet de bevoegdheid 3 6 menschen aan da wegen te stellen zonder crediet van den Raad,omdat er geen crediet meer was.Dit ging nu eenmaal niet en uit die ver gadering is de steunregeling geboren.Men moet nu elkander de schuld niet gaan geven,doch de Raad is er zelf ds schuld van dat men voor deze uitgaaf staatSpreker heeft nog getracht dit alles in goede banen te leiden toen hij terugkwam,maar dit is mislukt De Heer Daalmans zegt, dat de Raadsleden geen schuld hebben.De schuld van dezen gang van zaken moet op straat gezocht worden. Op voorstel van den Voorzitter wordt hierna bonder hoofdelijke

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1932 | | pagina 42