oommiisie heeft gereleveerd. De Heer Daverveldt wijst er op,dat er hij de werkverschaffing ongewenschte toestanden be staan.Er loopen jongens van 18 en 19 jaar werkloos rond,terwijl de vader van dergelijke persoden wel is aangesteld.Waarom worden die jongens dan niet beschouwd als kostwinner en tewerkgesteld. De Voorzitter zegt,dat van den Minister slechts vaders van ge zinnen en kostwinners in aannsrking mogen komen.Het gaat zelfs zoo ver, zegt de Voorzitterdat er deze week een algemeen rond schrijven is ingekomen,waarbij bepaald is,dat arbeiders die huwen,niet in de werkverschaffing mogen worden geplaatst of zij moeten na hun huwelijk eerst drie maanden in een particulier bedrijf hebben gewerkt.De Inspecteur sluit zelfs gehuwde per sonen beneden 33 jaar uit van werkverschaffing. De Heer Verswijver vindt dergelijke bepalingen onjuistvooral wat betreft de ministerieele bepaling ten aanzien van arbeiders die huwen.Spreker vraagt,of de Gemeenteraad niet kan protes- teeren tegen een dergelijken maatregel. De Voorzitter zegt,dat daaraan weinig zal kunnen worden gedaan omdat dit een algemeens circulaire is.Wil de Raad echter op het voorstel van den Heer Verswijver ingaan,dan wil hij gaarne aan dit verzoek voldoen. De Heer Moors vraagt of de arbeidersdie om de andere week in de werkverschaffing werken,op dezelfde wijze tewerk gesteld blijven. De Heer Verswijver licht deze gevallen toe.Er zijn werkloozen, die aanvankelijk om de andere week gewerkt hebben,maar er zijn er ook enkelen die nu stationnair zijn tewerkgesteld. De Voorzitter zegt,dat de Commissie deze regeling heeft getrof fen, zoodat de Commissie als Commissie van toezichthierin uit sluitend zeggingschap heeft,tenzij de Raad anders bepaalt. Niets meer te behandelen zijnde en niemand meer het woord ver langend sluit de Voorzitter de openbare vergadering. BESLOTEN SITTING. De notulen der besloten zitting van 18 Maart j.l.worden onver-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1932 | | pagina 100