175 f
r
-2 - i f3 1
qo^ geeft al dan niet toestemming,; Nogmaals merjpt spreker op,dat
de regelende bevoegdheid berust bij den Raad en niet bij den
Burgemeester.Wi^de Raad op het verzoek ingaan,alsdan zal de
Politieverordening moeten gewijzigd worden.Wil de Raad om half
tien of half elf het dansen doen eindigen,dan moet de Raad dit
in de verordening opnemen, eveneens het bepalen omtrent den
leeftijdgrens.Tegenover dit laatste verzoek staat spreker sym
pathiek
De Heer Rens zegt het nog niet eens te zijn met de zienswijze
van den Voorzitter. Spreker meent,dat wanneer er dingen gebeuren,
die in strijd zijn met de goede zeden,de Burgemeester altijd
de bevoegdheid bezit,om aan de te verleenen vergunning bepalingen
te verbinden.
De Voorzitter brengt in het midden,dat het Hoofd van Politie
steeds aan het verleenen van vergunningen voormaarden kan ver
binden, zooals b.v.het verbod om een tango te dansen,iets wat
spreker nog nooit gezien heeft en hetwelk ook niet kan plaats
hebben,omdat er geen ruimte is.Spreker zegt nogmaals veel te
voelen voor het vaststellen van een bepaalden leeftijdgrens,
maar hoe moet dat uitgevoerd worden in verband met den zoo even
gereieveerden toestand.
De Heer Rens zegt bij zijn meening te blij ven, dat voor wat
het dansen op bepaalde uren betreft,de bevoegdheid behoort bij
den Burgemeester .Hierom meet de Raad eigenlijk op het verzoek
van Heeren Geestelijken geen besluit nemen.
De Voorzitter zegt,dat het verzoek gericht is tot den Raad,die
een beslissing zal dienen te nemen,wat zijne bevoegdheid be
treft, en Met tot den Burgemeester.
De Heer Rens zou het sluitingsuur voor bals willen bepalen op
10 uur.
De Voorzitter zegt,dat elf uur een behoorlijke tijd is om te
sluiten,hetgeen hij in geen geval vroeger zou willen.Wil de
Raad een vroeger sluitingsuur,dan moet de Raad de verordening