62^^ A 13- é- 1J 3 O meerling zijn toegedaan,dat» de wegen en waterlossingen met een betrekkelijk klein herstel in orde zullen kunnen worden gebracht. Nog merkt hij op,dat de Heer Rens in de vergadering van 25 Maart in het midden heeft gebracht,dat de gemeente Huijbergen een hooge# uitkeering uit het gemeentefonds zal ontvangen.Spreker kan ten volle die meening onderschrijven,wijl het hooge belas- tingcijfer dier gemeente een groote factor is in de wiskundige reek® tot vaststelling dier vergoeding.Bij een eventueele samen voeging dezer gemeente zal de toieuwe gemeente in een vrij gun stige politie komen te staan,wijl slechts twee ambtenaren op mchtegeld zullen geplaatst wordenSprekers" ambtgenoot in Huijbergen zal,al vorens hij den pensioengerechtigden leeftijd bereikt heeft,nog twee jaar voor wachtgeld in aanmerking komen, terwijl de Burgemeester den Gemeente-ontvanger aldaar zou aan raden pensioen aan te vragen. De Heer Plompen verwacht,dat de bevolking dezer gemeente met deze samenvoeging niet veel vooruit zal gaan. De Voorzitter antwordt, dat gedurende de eerste jaren deze samenvoeging van gemeenten wel wat geld zal kosten,doch dat ia$ de toekomst hierin bezuiniging ligt opgesloten.Zoolang het wachtgeld aan den Burgemeester-Secretaris wordt uitgekeerd,zal de gemeente hiervoor ook een uitkeering ontvangen ingevolge art.7 van dit wetsontwerp,terwijl het herstel der wegen niet zooveel zal kosten, De Heer Hussaarts vraagt,welke taak de commissie van ingezetenen heeftwaar over de Voorzitter zoo juist melding heeft gemaakt. De Voorzitter antwoordtdat deze commissie,evenals de Raad,haar oordeel over het wetsontwerp moet uitspreken. De Heer Rens zegt,uit het feit,dat de Raad en de commissie uit de ingezetenen haar oordeel over dit wetsontwerp moeten uit spreken, de conclusie te trekken,dat bij eventueele indiening van bezwaren deze samenvoeging misschien niet zal doorgaan. De Voorzitter merkt op,dat volgens de Wet,dit wel de gang van

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1930 | | pagina 73