I - /- a
6 4
tusschen 1650,20 en 1628,10si j ade 22,10,welk bedrag bij
de uitbetaling van het voorschot over het jaar 1930 zal worden
bij betaald.
2- DE RAAD DER GEMEENTE W 0 E N S D R E C H T
Overwegende:
dat het bedrag der kosten van instandhouding ten behoeve der
R.K.Meisjesschool,te Woensdrecht,uitgekeerd bij voorschot over
het-jaar 1929, definitief moet word en vastgesteld;
datnu in deze gemeente geen openbaar onderwijs meer wordt ge
geven, dit bedrag: moet worden bepaald naar het gemiddelde der
som van de kosten per leerling in drie overeenkomstige gemeenten
uitgegeven;
dat,volgens de door Heeren Gedeputeerde Staten vastgestelde
rekeningen van drie soortgelijke gemeenten de gemiddelde posten
van instandhouding per leerling 'hebben bedragen 7,40;
dat over het jaar 1928 een gemiddeld getal leerlingen ad 65
voormelde R.K.deisjessohool heeft bezocht;
dat over gemeld jaar aan voorschot in die kosten is uitbetaald
200,-, terwijl aan schoolgeld moest ontvangen worden 265,70,
welk bedrag ook inderdaad door het schoolbestuur is geïnd
geworaen;
Gelet op art. 103,4e lid der Lager Ondërwijswet 1920;
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders;
3 e s 1 q i t
1. De kosten van 'instandhouding, ingevolge art. 103 der Lager
Onderwij swetover het jaar 1928, ten behoeve der R.K.Meisjes
school, te Woensdrecht,vast te stellen op 7,40 per leerling.
2. Te bepalen:
dat aan gemeld schoolbestuur over voornoemd jaar moet worden
uitgekeerd 65 x 7,40 ij 481,-, terwijl aan voorschot op die
kosten is uitbetaald 200 - en aan schoolgeld is ontvangen
235,70,derhalve in totaal voor de kosten van instandhouding
is genoten 465,70;
dat over gemeld jaar nog moet worden uitgekeerd hst verschil