1 g 0 24§8,-,terwijl als achterstallig schoolgeld over 193S nog is ontvangen geworden 39,05,derhalve in totaal 2490,05; dat het bedrag der kosten van instandhouding ten behoeve disr school over meergenoemd tijdvak definitief moet worden vastge steld en verrekend; ueieo op art101, sub 8,juncto artikel 103 der Lager Onderwijswet 1920, Stbl.10.778; Besluit la. Be vergoeding voor de kosten van instandhouding ten behoeve der Bijzondere R.K.Meisjesschool,te Hoogerheide,over het tijd vak 1 Januari 1925 tot ultimo December 1937 vast te stellen op 4752,29 plus 22,05,derhalve in totaal op 4774,34; b« de door gemeld sohoolbestuur gedane uitgaven definitief vast te stellen op 4809,43-|l II. Te bepalen: a. dat ten laste van gemeld schoolbestuur over gemeld tijdvak blijft 4809,43-g - 4774,34,zijnde 35,09^ (vijf en dertig gulden negen en een halven cent); b. dat voor de afrekening van het jaar 1927 in de gemeentekas nog most worden teruggestort volgens Raadsbesluit d.d.heden, 10,57 (tien gulden zeven en vijftig cent),welke storting vóór 1 Blaart 1929 moet plaats hebben. 3. DE RAAD DER GEMEENTE WOENSDRECHT; Overwegende: dat door hst bestuur van het Zedelijk Lichaam "Vereeniging van Vrouwen tot het geven van Onderwijs11 te 's Hertogenbosch,tevens bestuur der R.K.Meisjesschoolte Woensdrecht,over het drie jarig tijdvakloopende van 1 Januari 1925 tot ultimo December 1927,ten behoeve van de instandhouding dier school uitgaven zijn gedaan tot een bedrag groot 1370,07^,terwijl die uitgaven door volledige quitantie's zijn gëstaafd; dat die uitgaven door het gemeentebestuur niet zijn verminderd op grond,dat alle gedane betalingen tot evengemeld bedrag als

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1929 | | pagina 15