1
284/É
openstelling van de secretarie.
De heer Vermaat vraagt,wie de controle uitoefent op den Secre
taris, waarop door den Voorzitter geantwoord wordt,dat de werk
zaamheden van den Secretaris drie maal per jaar worden gecon
troleerd door het Provinciaal Bestuur.
De Beer Vermaat vraagt wie alsdan de controle verricht op de
naleving der instructie,zooals het aantal verlofdagen enz.,wijl
hem een geval "bekend is,dat een persoon driemaal op de secre
tarie is geweest om den Burgemeester-Secretaris te spreken,
doch dat deze aaar niet aanwezig was.
De Voorzitter merkt op,dat er een afzonderlijke instructie
voor den secretaris bestaat,welke geheel losstaat van de in
structie voor het secretariepersoneel.Het geval,dat de Heer
Vermaat aanhaalt betreft mogelijk een persoon,die des namiddags
op de secretarie is geweest om den Burgemeester te spreken.In
ae instructie voor den Secretaris is bepaald,op welke uren
de secretaris voor het publiek te spreken moet zijn,doch niet
desnnamiddags,zoodat men spreker daartoe niet kan verplichten.
Wei is deze autorireit op de meeste namiddagen daar aanwezig,
doch het kan natuurlijk voorkomen,dat nij in zijne qualiteit
van Burgemeester voor een of andere zaak afwezig is.Spreker
£eeft recht op acht dagen verlofhet geen in de wet geregeld is
voor net Burgemeestersambt,terwijl hij zulks analoog heeft bij
een gecombineerde betrekking als Secretaris,hetwelk tevens ook
in diens instructie is bepaald.Is spreker er des morgens niet,
of is hij met verlofalsdan waarschuwt hij steeds den dienst-
doenden WethouderSijn instructie,als Secretaris,is aan Gede
puteerde Staten medegedeeld,door welke mededeeling Gedeputeerde
Staten kunnen voorkomen,dat onjuiste bepalingen in instructie!s
worden opgenomen.Hem een verplichting opleggen om des namiddags
steeds aanwezig te zijn,is bij uitoefening van een gecombineerde
betrekking niet mogelijk,omdat men als Burgemeester altijd niet
op de secretarie kan zijn.
De Heer Vermaat zegt,dat hij dit alles niet in orde vindt,omdat
o