;.1- z G.xa t: tr. voorstel tot splitsing gestemd hadden.Spreker meent deze zaak juist te hebben toegelicht.Hij heeft tijdens een onderhoud medegedeeld,datwanneer in den nieuwen Raad deze zaak mis zou loopen,hij bereid zou zijn voor het volgende jaar eventueel een minnelijke schikking te zien verkrijgen. De Heer Jacobs-Migielsen zegt indertijd voor splitsing te zijn geweestspreker zegt er thans nog voor te zijn,doch acht,waar de kermis zoo aanstaande is,nu niet de tijd gekomen om daarover te beslissen. De Heer Vermaat merkt op niet te kunnen begrijpenwelke motieven de onderteekenaars van het verzoek gehad hebben om weer met deze kwestie te komen.Spreker zou gaarne door een der onder teekenaars hiermede in kennis worden gesteld. De Heer Rens blijft bij zijne msening,dat het verzoek recht vaardig is.Zooals hij reeds in het midden heeft gebracht Vloeit het voort uit de twist en tweedrachtwelke op het oogenblik in deze gemeente heerschen.Hij verwacht bij aannemingen zijn voorstel meer eenheid in de gemeente te krijgen. De Heer Vermaat gelooft niet,dat bij aanneming van het voorstel van den Heer Rens de vrede en rust in deze gemeente zal terug- keeren.Het is te verwachten,dat de ingezetenen van Hoogerheide dan weer met een verzoek zullen komen,waar die zich dan bena^ deeld zullen gevoelenSpreker zegt,dat de onderteekenaars er niet het min3t belang bij hebben: het is een zuivere kaste leinskwestie. De Heer Rens merkt op,zich gekrenkt te gevoelen door het ge sprokene door den Heer Vermaat.De Heer Vermaat heeft in het midden gebracht,dat spreker er geen belang bij heeft en dat het een zuivere kastelóinskwestie is.Hij meent hierop te moeten antwoorden,dat hij in deze wel degelijk het gemeentebelang voor oogen heeft en niet dat van bepaalde personen. De Heer Vermaat vraagt,waar hij tot de conclusie komt dat het in deze uitsluitend dansen betreft,wat tot de competentie van 04V f 11- l JX 'X c - O G '0

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1927 | | pagina 68