De Voorzitter doet voorlezing van het adres en stelt namens het Dagelijksch Bestuur voor in beginsel te besluiten een sub sidie te verleenen ad 50,- per jaar,te bestrijden uit de in komsten van den Vleeschkeuringsdienst.Wat het verdere gevraagde in het adres betreftspeciaal dat binnen vijf en twintig jaar geen vergunning zal worden verleend tot het plaatsen van een andere noodslachtplaats in deze gemeente,hi erop meent spreker te moeten adviseeren dit punt aan te houden tot de volgende vergadering,wijl alsdan d^gemeensohappelijke regeling voor den VIeeschkeuringsdienst met Bergen op Zoom zal zijn ingekomen en in die vergadering aan de orde zal worden gesteld.Deze zaak zal alsdan beter onder het oog kunnen worden gezien. De Heer Vermaat meent zich te herinneren,dat eenigen tijd geleden in de vergadering ter sprake is gebracht het oprichten van een noodslachtgebouw bij P.Daalmans.Spreker vraagt of met dien persoon,waar dit adres is binnengekomen,mogelijk geen overeenkomst is verkregen. De Voorzitter antwoordt,dat de onderhandelingen met P.Daalmans niet met gunstigen uitslag zijn bekroond geworden,terwijl Daalmans zelf het bestuur der Veeverzekering in overweging heeft gegeven een noodslachtplaats te bouwen. De Heer van Wijk brengt in het midéen,dat er tooh geen bezwaar kan bestaan de toezegging te doen,dat binnen 25 jaar geen tweede noodslachtgebouw in de gemeente zal gesticht worden. De Voorzitter antwoordtdat Burgemeester en Wethouders dit nog niet hebben besproken en dat eerst de gemeenschappelijke regeling met Bergen op zoom dient te worden afgewacht alvorens dienaangaande een beslissing kan worden genomen. Na een korte gedachtenwisseling wordt verder zonder hoofdelijke stemming besloten in beginsel een subsidie te verleenen ad 50,- per jaar,te bestrijden uit de inkomsten van den Vleesoh- keuringsdienst, terwijl het arerige gedeelte van het adres tot de volgende vergadering zal worden aangehouden.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1927 | | pagina 52