J ]°lx7 307 Artikel 13. De belasting van vermakel ijkheaen, al s bedoeld in de artikelen 4 en 5 moet betaald worden vóór dat de vermakelijkheid aan vangt ten kantore van den Gemeente-ontvanger. Artikel 14. 1. Ingeval de aangifte bedoeld in artikel 8 dezer verordening, is verzuimd,of de betaling niet is geschied,zijn de ambtenaren der gemeentebelastingen en de politiebeambten bevoegd de ver tooningen of vermakelijkheden,desnoods met behulp van den sterken arm,te beletten. 2. De belastingplichtigen moeten genoemde ambtenaren en be ambten zonder betaling toegang verleenen tot de vertooningen en vermakelijkheden en hun desgevraagd alle inlichtingen ver strekken, die zij voor de toepassing der belasting noodig achten. 3.Nietytialeving van het vorig lid wordt beschouwd als over treding ter zake van plaatselijke belasting. Artikel 15. De in artikel 273 der Gemeentewet bedoelde ambtenaren en be ambten zijn beoegd van alle begane overtredingen of ontduikingen dezer verordening,die te hunner kennis komen,proces-verbaal op te maken,alsmede om al datgene te verrichten,wat ter consta teering van deze overtredingen vereischt is. Artikel 16. Deze verordening treedt in werking op 1 Januari lS28,op welken datum de thans geldende bepalingen op de heffing en invor dering der belastimng op tooneelvertooningen en andere ver makelijkheden vervallen. DE RAAD DER GEMEENTE WOENSDRECHT; Gelet op het voorstel van Burgemeester en Wethouders; Gelet op de bepalingen der Gemeentewet; Besluit; vast te stellen de volgende verordening:

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1927 | | pagina 166