y nx7 27 4 wordtomdat de lampen hier in het midden over den weg hangen. Spreker geeft gaarne toe,dat er een groote slijtage is,maar men mag niet uit het oog verliezen,dat tengevolge van de regens het blikwerk der armaturen versleten is,terwijl deze lampen reeds vijf jaar hangen.Armaturen aan palen zullen dezelfde slijfage hebben,omdat het blik dier omhulsels ook door het vocht inroest.Nog wij.st spreker er op,dat de nieuw aan te schaffen lampen van boven geheel gesloten zijn,hetwelk met de oude niet het geval is. De Heer Vermaat zegt,dat hij het meest juist zou vinden in deze een overkapping aan te brengen,dan werd dit alles ondervangen. De Heer Rens acht het meest voordeelig de lampen in een schuine richting aan de palen te brengen,dan loopt het water er af, zoodat de verlichting dan ook meer doelmatig en minder duur zal zijn. De Voorzitter merkt dienaangaande op,dat de gewone armaturen, aangebracht aan palen,welke voor de verlichting gebruikt worden, recht omlaag hangen,zoodat de last van het water dezelfde blijft. De Heer Tummers zegtdatnadat hij nog eens nadere inlichtingen heeft ingewonnen,hij als lid der minderheid der Commissie van Onderzoek,op zijn voorstel moet terugkomen,omdat voor het onderhoud der straatverlichting over 1927 tot op heden reeds 127,05 is uitgegeven,buiten de kosten van dd lichtvoorziening zelfwelke,naar hij meent,/ 700,- bedragen,zoodat de verlich- tingskosten dan nog vrij hoog worden.Ten einde den levensduur van de lampen zooveel mogelijk te verlengen,zou hij er voor zijn de armaturen aan de palen te bevestigen,wijl deze dan vast hangen en minder te lijden hebben.Hij meent te moeten opmerken,dat de straatverlichting ook in het contract met de P.N. E.M. geregeld is, terwijl hij gaarne van den Voorzitter zou willen vernemen,hoe lang de gemeente aan het bestaande contraot met de P.N.E.M.vastzit

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1927 | | pagina 133