*-/• 14 steld en verrekend; Gelet op art. 101,sub 8,der Lager Onderwijswet 1920,Stbl.No. 778; Besluit: I. De vergoeding voor ae kosten van instandhouding ten be hoeve der Bijz.R.K.Jongensschool voor het gewoon Laher- en Vervolgonderwijs over het tijdvak,loopenu.e van 1 September 1922 tot ultimo December 1924,vast te stellen op 5500,33; b. de door gemeld Schoolbestuur gedane uitgaven definitief vast te stellen op een bedrag groot 4993,68; II. Te bepalen: dat door gemeld Schoolbestuur in de gemeentekas dient te worden teruggestort 5500,33 - 4993,68 zijnde 506,65 (vijf honderd en zes gulden vijf en zestig cent) dat deze terugstorting moet plaats hebben vóór 1 Maart aan staande. VI. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VERLEENEN VAN EEN VOORSCHOT OP DE VERGOEDING UIT TE KEEREN AAN DE BIJZ. LAGERE SCHOLEN WEGENS KOSTEN VAN INSTANDHOUDING VOOR HET JAAR 1926. De Voorzitter dóet voorlezing van de volgende concept-besluiten, welke zonder hoofdelijke stemming worden vastgesteld. De RAAD der Gemeente WOENSDRECHT; Gezien de aanvrage van Het Bestuur der R.K.Jongenssohooljte Hoogerheide,om voorschot ten bedrage van 800,- op de gemeen- lijke vergoeding overeenkomstig art.101 der Lager Onderwijswet 1920,ten behoeve van genoemde school over het jaar 1926; Overwegende,dat terzelfder zake voor de overeenkomstige open bare lagere sonool in de gemeente Oirschot over het dienstjaar 1924 volgens de gesloten gemeenterekening per leerling is uit gegeven een bedrag van 7,71; dat het gemiddeld getal leerlingen der genoemde school in het afgeloopen jaar bedroeg 249 en naar dit getal et bovenvermeld bedrag per leerling de vergoeding zou bedragen 1919,79,het-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1926 | | pagina 32