yyf. 136/ (5 jo*"- y omdat van sommige zijden een termijn van 5 weken voor het teekenen te lang wordt geaoht. De Heer van "ijk zegt eveneens voor de werkverschaffing inlich tingen te hebben ingewonnen.Eerst is hij bij de Klerk geweest, doch deze gaat het bedrijf verlaten,zoodat hij niet verwacht, dat van demping van het ^kkerven nog veel zal komen.Daarna is hij bij v.d.Berg geweest en heeft met dezen ook het heidespaden besproken.Aan de hand hiervan geeft hij in welwillende over weging een Commissie dienaangaande te benoemen,die op de eerste plaats de terreinen gaat bezien en de werkzaamheden voor de werkverschaffing regeltalsmede de desbetreffende verordening eens naziet. De Voorzitter merkt op,dat,wanneer de verordening gehandhaafd blij ftbinnenkort met het teeksnen een aanvang dient te worden gemaakt,waar de verordening een termijn van vijf weken eischt. De Heer van Wijk zou willen voorstellen den duur van het teekenen te verminderen tot 3 weken.Spreker verwacht hiervan voordeel voor de arbeiders.Om voor de werkverschaffing in aanmerking te kunnen komen,moet en deze thans vijf weken ge- teekend hebben. De Heer Rèns zegt zich wel te kunnen vereenigen met het ge sprokene van den Heer van '"ijk,doch ziet in het^ftinder dagen teekenen geen voordeel voor de arbeiders.Om voor de werkver schaffing in aanmerking te kunnen komen,moeten deze thans vijf weken geteekend hebben,terwijl de organisaties zorg hebben gedragen,dat zulks gratis plaats vond bij de Penning meesters der bonden. Wethouder Jacobs zegt een andere meening te zijn toegedaan dan de Heer Rens,wijl,wanneer maar drie weken geteekend moet worden,de arbeiders toch nog twee weken langer kunnen werken, wanneer zij werk hebben,alvorens zij behoeven te gaan teekenen. Wethouder Melsen geeft ook in overweging niet te lang te laten wachten om met het teekenen een aanvang te nemen,anders wordt het te laat in het jaar.

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1926 | | pagina 150