1925. Zonaar hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. IV. VOORSTEL VAR BURGEREESTER EN WETHOUDERS TOT OPHAKING VAN DEN LEGGER VAN WEGEN EN VOETPADEN IN DEZE GEMEENTE De Voorzitter merkt op,dat noch bij den Raad,noch bij hun College bezwaren tegen den ontworpen legger zijn ingediend. Spreker brengt in het midden,dat na deze vaststelling de legger naar Heeren Gedeputeerde Staten zal worden opgezonden, terwijl deze alsnog een maand ter visie zal worden gelegd en bezwaren bij Geaeputeerde Staten kunnen worden ingediend. Hiern^ doet hij voorlezing van het volgend besluit. De Raad der Gemeente WOENSDRECHTj Overwegende,dat door Burgemeester en Wethouders op 8 Juni 1825 is ontworpen een nieuwen legger van de openbare wegen en voetpaden; Overwegendedat daartegen geen bezwaren zijn ingebracht; dat de in de artikelen 13, 13, 14 en 15 van het Wegen-Regle ment van Noordbrabant 1904 gegeven voorschriften behoorlijk zijn nageleefd; Gelet op art.IS van het aangehaald Reglement; HEEFT BESLOTEN: voorschreven nieuwen legger van de openbare wegen en voet paden,zooals deze door Burgemeester 3n Wethouders i3 ont worpen, in dubbel op te maken. Zonder hoofdelijke stemming wordt het besluit vastgesteld. V. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET ONDERHANDS AANGAAN VAN EEN GELDLEEN ING AD 10000,- TEN BEHOEVE VAN DE UITBREIDING DER R.K-MEISJESSCHOOL. De Voorzitter zegjr,dat in verband met de in de vorige Raads vergadering vastgestelde begrootingswijziging nog 10000,- geleend zal moeten worden .Aanbiedingen voor deze geldlsening zijn ingekomen van de Schiedamsche Spaarbankvan de Nationale Bankvereeniging en van de Wester-rHandelsbank.Eerstgenoemde

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1925 | | pagina 95