De Heer Jacobs-Migielsen vraagt of het nadeelig saldo niet
gedekt zou kunnen worden door tarievenverhooging en of de
P.N.E.M.voor het net niet meer wil geven dan 26000,-.
De Voorzitter merkt op dat door prijsverhooging het ver
bruik minder zal worden,zoodat hij vreest dat de strop voor
de gemeente nog grooter zal zijn.De prijs van 26000,-
is het uiterste bedrag dat de P.N.E.M.wil geven,wijl de
eventueele verliezen van het Gemeentelijk bedrijf in het
verschil der overname en oprichtingskosten zijn opgenomen.
De Heer Jansen vraagt of het bedrag ad 7000,- niet op de
bestaande verbruikers kan worden verhaald.
De Voorzitter antwoordt,dat dit niet gaat,wijl de verbruikers
zullen passen naast het tarief van de P.N.E.M.nog een afzon
derlijke bijdrage te betalen; ook de P.N.E.M.zegt spreker,
zal hiervoor niet te vinden zijn,wijl dit van invloed zou
kunnen zijn op de exploitatie van het eventueel over te
nemen bedrijf.
De Heer Vermaat brengt in het midden dat,hoe hij ook tegen
deze zaak aankijkt,hij steeds tot de conclusie komt,na alles
wat hij hier gehoord heeft,dat het bedrijf altijd voor de
gemeente een strop zal zijn.Hierom zegt hij er ook voor te
zijn de gemeente van dit nadeelig saldo te ontlasten,al is
het dan ook een schadepost voor de gemeente.Hij voelde zich
echter verplicht eerst de zaak te bestudeeren,waarom hij
eerst de noodige inlichtingen heeft gevraagd.Het Dagelijksch
Bestuur mag dit niet beschouwen als een kwestie van wan
trouwen,wijl spreker zich zelf heeft willen overtuigen,en
nu hij overtuigd is,zal hij voor het voorstel van het Dage
lijksch Bestuur stemmen.
De Heer Rens zegt er niet aan te mogen en te kunnen twijfelen,
dat het Dagelijksch Bestuur niet de belangen van de gemeente
in deze voor oggen heeft gehad.Spreker meent zoo straks
gehoord te hebben,dat het administratief en technisch beheer