JJ.L,. I<)ZS- 226 De Voorzitter merkt op,dat hij er op tegen zou zijn verfwerk van het gemeentehuis,het eerste huis der gemeente,in den winter te doen uitvoeren-. Spreker vindt het overbodig de inschrijvers bij de opening tegenwoordig te doen zijn,terwijl hij hoopt,dat de Heer Rens toch wel zooveel vertrouwen heeft in het Dagelijksch Bestuur,dat alles eerlijk geschiedt.Spreker zegt de laatste vraag van den Heer Rens te moeten betreuren en zal daar maar niet verder op ingaan.Willen de inschrijvers bij de opening der briefjes komen,dat moeten zij weten,doch die lieden daar speciaal voor uitnoodigen,is van spreker niet te verwachten. De' Heer van Wijk merkt op,dat het juist gezien is van het Dagelijksoh Bestuur dat het verfwerk van het Gemeentehuis aan de bestaande schilders gegund wordt,en hst Gemeentebestuur moet toch zeggingschap over de gunning hebben,waar dit College ver antwoordelijk is voor het onderhoud der Gemeenteeigendommen. De Heer Vermaat vraagt,hoe het Gemeentebestuur er over ge dacht heefthangende de vacature van Dr.de Bruijn,,in den geneeskundigenvdienst dezer gemeente te voorzien. De Voorzitter merkt op,dat hij hierop den Heer Vermaat in besloten zitting zal antwoorden. Hierna sluit de Voorzitter de openbare vergadering en wordt overgegaan tot besloten zitting. I. VOORLEZING EN VASTSTELLING DER NOTULEN DER VORIGESLOTEN VERGADERING. De Voorzitter doet voorlezing van de notulen der vorige besloten vergadering,en stelt voor deze notulen onveranderd te arresteeren. De Heer Rens zegt aich niet te kunnen vereenigen met deze no tulen wat betreft het besluit om het teekenen der werkloozen te doen ophouden op 7 Februari j.l.Spreker is overtuigd,dat een dergelijk besluit niet is gevallen,wan/^'ware zulks het geval geweest,dan.zou spreker zeker tegen hebben gestemd,terwij 1 hij daarna voorstelt de notulen in dien geest te wijzigen. De Voorzitter merkt op,dat hij steeds zijn uiterste best doet om de notulen zoo uitvoerig mogelijk te maken.Hij kan zich niet indenken dat niet juist gereleveerd is,wat in de vorige ver-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1925 | | pagina 49