13- '7*° 305/^ commentaar op de Lager Onderwijswet Laban en Ligtvoet,de meening toegedaan,dat deze kosten dienen betaald te worden uit de gewone inkomsten voor de kosten van instandhouding. Donderdag heeft spreker een bezoek gehad van den Inspecteur, die aan de hand van de Wet heeft aangetoond,dat hetkdegelijk verandering van inrichting is,zoodat deze gelden verstrekt zullen moeten worden krachtens art.72 der Lager Onderwijswet. Op een dergelijk verzoek aan den Raad heeft de Raad slechts te beslissen zijn medewerking te verleenen,terwijl het beschik baar stellen van een crediet ingevolge de Lager Onderwijswet tot het College van Burgemeester en Wethouders behoort.Die medewerking kan de Raad alleen weigerefc^wanneer de stukken niet in orde zijn. Waar de eerstvolgende Raadsvergadering eerst over twee maanden zal plaats hebben,zou zoodoende dit stuk moeten blijven liggen en waar aan die zaak toch niets te regelen valt door den Raad zou hij willen voorstellen op het even tueel in te komen verzoek reeds nu te besluiten de medewerking te verleenen. De Heer van ijk merkt op, datwanne er de Raad hierover niets te zeggen heeft,dergelijke verzoeken dan ook maar niet tot dat College moeten worden gericht. De Voorzitter zegt,dat in deze de uitvoering der Wet betreft, waaraan niets te veranderen valt. Na een korts discussie,waarin de Voorzitter den Heer Yermaat aantoont,dat het werleLijk verandering van inrichting is,wordt zonder hoofdelijke stemming besloten besloten op een eventueel ingekomen verzoek van het R.KSchoolbestuur in zake de veran dering van inrichting,de noodige medewerking ex art..75 der Lager Onderwijswet te verleenen. AANGEHOUDEN STEMMING VAN VORIGE BESLOTEN ZITTING. De Voorzitter merkt op,dat in de vorige Raadsvergadering beslpten is de stemming over het voorstel van spreker tot het laten overteekenen van oude kaarten van de Heerlijkheden

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1925 | | pagina 128