j 3 11 29o^ De Voorzitter antwoordt,dat in hst pand plaatselijk gemerkt C.No.180 vroeger een verlof werd gedreven door Jos.Buijsen, doch dat dit pand reeds geruimen tijd onbewoond is. Aonder hoofdelijke stemming worden hierna Burgemeester en Wethouders gemachtigd aan W.Goossens,werkman-opzichter,ont heffing te verleenen van het bepaalde bij de artikelen 1 en 2 van bovenvermelde verordening. III. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET ABSLUITEN EENER STORMSCHADEVERZEKERING VOOR GEMEENTE EIGENDOMMEN. De Voorzitter doet voorlezing van het schrijven van den Heer Commissaris der Koningin in dit Gewest,d.d.20 October 1925, A.No.12,en stelt namens Burgemeester en Wet houders voor de gemeente eigendommen ter waarde van 80000,- te verzekeren tegen stormschadeSprekJÖ. merkt op,dat verschillende circu laires van Verzekerings Maatschappijen hun College bereikt hebben en dat zij bij twee dier Maatschappijen inlichtingen hebben gevraagd.De totaalkosten aan premie's zullen bij de eens Maatschappij 41,- bedragen,terwijl door de andere Maatschappij die kosten geraamd zijn op 45,-.Het afsluiten der verzekering is een kweètie van uitvoering,hetwelk volgens de Wet aan het Dagelijksch Bestuur behoort; de Raad heeft echter in beginsel tot het aangaan van een stormschadever- zekering een besluit te nemen. De Heer Vermaat vraagt of het een gewone of onderlinge ver zekering is? Wat het afsluiten dier laatste verzekering be treft,hier zou spreker tegen zijn. De Voorzitter antwoordtdat het een gewone verzekering is. De Heer van Wijk is van meening,dat,als de Raad in principe tot verzekering besluit,het Dagelijksoh Bestuur uit zal maken bij welke Maatschappij zij de gemeente eigendommen zal ver zekeren. Spreker verklaart zich in beginsel voor verzekering. Hij zou Burgemeester en wethouders echter in overweging willen geven eerst inzage te vragen van de te stellen voorwaarden. De Voorzitter merkt op,dat zulks aan het beleid van Surge-

Raadsnotulen

Woensdrecht: 1922-1996 | 1925 | | pagina 119