6
opmerking van de heer Tuinman over het gebruik van het gemeentewapen door
het C.D.A.
De voorzitter zegt op deze laatste opmerking van de heer Hoekwater dat hij
de naam van het C.D.A. niet door de heer Tuinman heeft horen noemen.'Van
dit campagne-onderdeel, het uitreiken van een draagtas met het gemeentewa
pen, was de voorzitter niet op de hoogte omdat hij op dat moment op
vakantie was. Hij merkt echter op dat de voorzitter niet gehouden is te
reageren op opmerkingen en vragen van mensen die gebruik maken van het
spreekrecht aangezien die aan de raad zijn gericht.
Namens de fractie van de P.v.d.A. zegt de heer de Witte dat hij in zijn
andere functie gekapitteld is door het gebruik maken van een gemeentewa
pen. Hij zegt echter nu nog niet te weten of het nu wel of niet mag. Over
de, door de voorzitter, genoemde cijfers zegt hij dat die eigenlijk niet
zo relevant zijn. Het gaat erom of de raad wel of niet tegen de wetl
handelt. Hij constateert dat de meerderheid van de raad zegt goedkeuring
te willen geven aan de verkiezingen. De heer de Witte zegt dat hij
eigenlijk zou moeten zeggen dat hij het er niet mee eens is omdat het
allemaal niet goed is gelopen. Hij wilt zich liever onthouden van een
mening.
De voorzitter zegt dat dat niet kan. De heer de Witte kan in dit geval wel
een stemming aan de raad vragen zodat hij een stemverklaring af kan
leggen.
Na kort overleg met zijn fractiegenote zegt de heer de Witte op dit moment
geen reden te zien om de verkiezingen af te keuren.
De voorzitter zegt dat op 12 april de beëdiging van de leden van de raad
zal plaatsvinden. Verder zegt hij dat voor 19 april de verspreiding zal
plaatsvinden van de oproepingskaarten voor de verkiezingen van de tweede
kamer en voor 26 mei voor de verkiezingen van het europese parlement.
Zonder verdere beraadslaging en hoofdelijke stemming wordt besloten tot
toelating van de volgende nieuw benoemde leden, tot de raad der gemeente
Willemstad:
-de heer K. Dane;
-de heer A.J. Driesprong;
-mevrouw B.G.D. van Exel-Wigant;
-de heer W. Groeneveld;
-de heer M. Kamp;
-de heer M. Lammertink;
-mevrouw L.J. Lanning-Kassel;
-de heer H.S. Mettrop;
-de heer J.M. Moerland;
-mevrouw A. in 't Veld-Blonk;
-mevrouw M.G. de Wit-Greuter.
5Rondvraag
De heer de Witte stelt namens de fractie van de P.v.d.A. de volgende
vraag: "De afloop van de aanvraag van het ministerie van W.V.C voor de
opvang van asielzoekers in onze gemeente heeft wat ons betreft een
onbevredigende afloop gehad en er zijn bij ons wat vragen blijven hangen.
Even terug in de geschiedenis. Het ministerie richt een verzoek aan onze
gemeente welke op dinsdag 1 maart 1994 ten gemeentehuize arriveert. De
vrijdag daarna wordt er een hotelschip in de werkhaven afgemeerd. naar
aanleiding daarvan staat maandag 7 maart 1994 in het Brabants Nieuwsblad
dat er 500 asielzoekers in Willemstad komen. Zo een simpele medede
lingen dan lijkt het of er een golf van angst door de gemeente
waart. Vanwaar die angst? Als er in de krant had gestaan dat er een
i