abele kosten). Het gemeentelijk budget moet met een gelijkluidend
bedrag i.e. f.91.631,- worden verminderd. Het budget 1995 is daartoe
niet toereikend. Het budget 1996, groot f.117.851,- biedt daarvoor in
theorie nog voldoende ruimte.
Koepelkerk
Voor de restauratie van de Koepelkerk is het totaal benodigde subsidie
in het gemeentelijk Meerjarenprogramma Restauratie Monumenten (ten
laste van het budgetjaar 1998) bepaald op 80% van f1884619- of
f1507695-hiervoor is een beroep gedaan op de zgn. "Kanjerrege
ling". Op die Kanjerregeling kan een beroep worden gedaan indien de
restauratie een subsidie vergt dat tenminste gelijk is aan zes maal het
voor de gemeente berekende budget. De minister verleent dan met instem
ming van ons college aan de eigenaar van het monument een subsidie.
Wanneer zo'n subsidie is toegezegd, berekent de minister met ingang van
het eerste jaar waarvoor nog geen budget aan de gemeente is medegedeeld
gedurende drie opeenvolgende jaren geen budget voor die gemeente. Dit
zou betekenen dat wanneer voor 1 juli 1995 een subsidie op grond van de
Kanjerregeling wordt toegezegd, eerst met ingang van het budgetjaar
2001 de gemeente voor drie jaar, i.e. 2001, 2002 en 2003, geen budget
krijgt. De subsidie op grond van de Kanjerregeling voor de Koepelkerk
is op 9 mei 1994 door de minister van WVC geweigerd. Op een ingediend
bezwaarschrift is nog geen beslissing genomen. De Kanjerregeling (art.
9 BRRMstaat niet toe dat het gemeentelijk budget met terugwerkende
kracht over drie jaren, i.e. 1995, 1996 en 1997, ingeleverd wordt bij
de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, in plaats waarvan er op grond
van de Kanjerregeling een subsidie beschikbaar komt voor de restauratie
van de Koepelkerk. Dit zou inhouden dat er in theorie geen subsidietoe-
zeggingen kunnen worden gedaan voor andere restauraties. Een andere
mogelijke variant om de restauratie van de Koepelkerk te subsidiëren is
dat voor 1 april 1995 een subsidie gevraagd wordt voor de Koepelkerk en
het meerjarenprogramma in dier voege wordt gewijzigd dat de budgetten
voor 1995, 1996 en 1997 volledig voor dit doel ingezet worden. In het
gemeentelijk Meerjarenprogramma moet dan aan de Koepelkerk de hoogste
prioriteit worden toegekend. De raad dient hiertoe dan voor 1 april
1995 een standpunt in te nemen. Ruim voor die datum moet voor de
restauratie van de Koepelkerk een subsidie-aanvraag zijn ingediend.
Concreet betekent dit dat de onduidelijkheid over de subsidiemogelijk
heden voor de restauratie van de Koepelkerk een subsidietoezegging voor
dOrangemolen op dit moment in de weg staat.
Rioolgemaal Helwijk
Bij brief van 7 december 1994 heeft het dagelijks bestuur van het
hoogheemraadschap West-Brabant ons college bericht dat de kosten voor
de bouw van een nieuw rioolgemaal in Helwijk bij voorspoedig verloop
van zaken voor een totaalbedrag van ca f.350.000,- uitgevoerd kan
worden. Bij een investering van f.350.000,- is het gemeentelijk aandeel
in de kosten f.61.250,- (in de begroting 1995 geraamd investering
f.300.000,- aandeel gemeente f.50.000,-). Uit een nadere specificatie
van het hoogheemraadschap blijkt dat de kosten becijferd zijn op
f.331.400,- incl. b.t.w. In die raming zijn de volgende kosten "hard":
- bouwkosten civiel f. 70.000,-
- bouwkosten mechanische werken f. 32.205,-
- bouwkosten elektro werken f. 55.760,-
f. 157.965,- excl. b.t.w.
De overige kosten zijn "aannames":