7 1. waarom is een gedeelte van het werk ondergebracht bij het werkvoorzienings schap? Voor alle duidelijkheid zegt de heer Dane niets tegen het werkvoorzie ningsschap te hebben, maar hij vraagt zich af waarom dat nu pas bekend gemaakt wordt 2. waarom wordt nu weer de datum van 15 november 1994 genoemd, terwijl de commis sie had geadviseerd dat er geen tijdsdruk moest zijn. De heer Dane vraagt zich af wat het college toch met die datum van 15 november 1994 heeft. Namens de fractie van D56 zegt mevrouw Lanning dat het haar eveneens verbaast heeft dat een deel van het werk is uitbesteed aan het werkvoorzieningsschap. Over het bruggetje zegt zij dat in de eerste vergadering van de commissie werken gezegd is dat het bruggetje verlegd zou kunnen worden en dat dat geen extra kosten met zich mee zou brengen. Verder vraagt zij of duidelijk is vast gelegd dat Junior Kamer Volckerack de jeu de boulesbaan aanlegt. De heer Met- trop zegt dat in het voorliggende plan geen bruggetje is opgenomen. Met be trekking tot de datum van 15 november 1994 zegt hij dat op die datum een lus trumviering is van de Junior Kamer Volckerack. Zij zouden de bevolking van Willemstad een blijvende herinnering willen aanbieden ter gelegenheid van dit lustrum. Als het eventueel kan wordt er naar die datum toe gewerkt en dat is mede de reden waarom voor een deel van het werk het werkvoorzieningsschap wordt ingeschakeld. Het is zeker niet zo dat de heer Mettrop de investering waartoe vanavond besloten wordt in gevaar zal laten brengen. Als er omstandig heden zijn waardoor de werkzaamheden niet voor 15 november 1994 kunnen worden afgerond, dan wordt e.e.a. over de datum van 15 november getild. 2e termijn De heer Lammertink vraagt wie er nu eigenlijk wil dat e.e.a klaar is voor 15 november. Hij heeft namelijk de indruk dat de heer Mettrop dat helemaal niet wilt. De heer Mettrop antwoordt hierop dat de Junior Kamer Volckerack graag zou zien dat het "parkje" gereed zou zijn als zij de jeu de boulesbaan aan gaan leggen. De heer Mettrop is wat voorzichtiger omdat het hier een investe ring betreft, waarmee zorgvuldig omgegaan moet worden. De heer Kamp vraagt of de heer Mettrop een voorbehoud heeft gemaakt ten opzichte van het collegevoor stel. Hij vraagt zich af waar de verantwoordelijkheid indeze ligt. De heer Mettrop zegt dat de verantwoordelijkheid bij hem ligt en dat hij die verant woordelijkheid ook neemt. Dat is namelijk de reden waarom hij voorzichtig is. De heer Dane zegt tevreden te zijn met de beantwoording van de heer Mettrop, maar hij vraagt nogmaals waarom de commissie niet eerder is medegedeeld dat er voor een andere optie gekozen is. Hij vraagt of de voorzitter van de commissie op 15 september reeds wist dat de WSW een deel van het werk zou gaan doen omdat de offerte van de WSW op 20 november gedateerd is. Als dat het geval was dan had die optie ook in de commissie besproken kunnen worden en had er zijns inziens snel een accoord bereikt kunnen worden. De heer Mettrop zegt dat op 19 september 1994 het advies van de commissie werken van 15 september is bespro ken in het college. Op 19 november is offerte opgevraagd bij de WSW, die was op 20 november binnen. De heer Mettrop wist op 15 september nog niets van deze offerte af. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten met betrekking tot de inrichting van het "rabarberveldje" een krediet te voteren van f.57.300,- (incl. BTW) ten laste van de reserve "stadsvernieuwing", de begroting hiermede in overeenstemming te brengen en het werkvoorzieningsschap opdracht te verlenen tot het leveren van arbeid en zitbanken, onder vermelding van het feit dat de fractie van Progressief Willemstad geacht wordt tegen te

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1994 | | pagina 152