4 van circa 18.000 inwoners ontstaan. Gedeputeerde Staten nemen die aanbeve ling niet over. In de "Hoofdlijnennotitie" van 19 november 1993 vormen Fijnaart en Heijningen, Standdaarbuiten en Willemstad een nieuwe gemeente van circa 12.500 inwoners. De staten zijn niet gelukkig met deze uitkomst. De commissie bestuurlijke organisatie plaatst op 5 november 1993 vraagte kens bij het inwonersaantal van de nieuw te vormen gemeente. Hoofdlijn van het beleid is immers dat de omvang van de nieuw te vormen gemeente zodanig moet zijn dat niet kort na herindeling opnieuw bestuurlijke knelpunten ontstaan. Maatregelen in dat kader moeten voor langere tijd (tenminste 25 jaar) soelaas bieden, aldus Provinciale Staten. In februari 1994 stellen Gedeputeerde Staten het herindelingsplan voor Westelijk Noord-Brabant vast met daarin opgenomen dat een nieuwe gemeente wordt gevormd bestaande uit de op te heffen gemeenten Fijnaart en Heijningen, Standdaarbuiten, Dinteloord en Prinsenland en Willemstad. De nieuwe gemeente telt circa 18.000 inwoners. Opnieuw blijkt dat het niet te zijn. De eerste tekenen worden op 8 september 1994 zichtbaar. Gedeputeerde Van Nistelrooij komt' melden dat het er naar uitziet dat Gedeputeerde Staten in de ontwerp- herindelingsregeling teruggaan naar de variant om Fijnaart en Heijningen, Standdaarbuiten en Willemstad tot een gemeente van circa 12.700 inwoners samen te voegen. Per fax is hedenmiddag een persbericht over het voorstel van Gedeputeerde Staten ontvangen. De gemeenteraad heeft zich op 2 november 1993, gelet op het bijzondere karakter van de vesting Willemstad als cultuur-historisch monument, de specifieke taak van de gemeente op toeristisch recreatief gebied en de excentrische ligging in samenhang met het bestuurlijk en ambtelijk functioneren, primair uitgesproken voor een zelfstandig voortbestaan van Willemstad. Het gegeven dat er bij het Rijk en de provincie geen politiek en bestuurlijk draagvlak (meer) bestaat voor het behoud van de zelfstan digheid van Willemstad, heeft de raad tot het standpunt geleid dat er een nieuwe gemeente gevormd moet worden van in ieder geval 18.000 inwoners, waarin de aard, functie, oriëntatie en herkenbaarheid van Willemstad tot hun recht komen. Op basis hiervan heeft de raad zich uitgesproken voor een gemeente bestaande uit Fijnaart en Heijningen, Klundert, Standdaarbuiten en Willemstad. Als tweede voorkeur voor een bestuurlijk en ambtelijk volwaardig toegeruste gemeente is een gemeente bestaande uit Fijnaart enl Heijningen, Oud en Nieuw Gastel, Standdaarbuiten en Willemstad genoemd. Daarbij is aangetekend dat alleen het inwonersaantal van Oud en Nieuw Gastel daarvoor bepalend is. Bij dit standpunt is de raad er vanuit gegaan dat de samenvoeging van Steenbergen, Nieuw Vossemeer en Dinteloord en Prinsenland een "hard gegeven" was. Op 10 mei 1994 heeft de raad naar aanleiding van het vastgestelde herindelingsplan uitgesproken zijn standpunt van 2 november 1993 onverkort te handhaven, met dien verstande dat op grond van nieuwe feiten thans als tweede voorkeur het samengaan van Fijnaart en Heijningen, Dinteloord en Prinsenland, Standdaarbuiten en Willemstad wordt voorgestaan. De herindeling in Westelijk Noord-Brabant zou 1 januari 1996 geëffectueerd worden. De provincie vindt het immers geen goede zaak als gemeenten, na jarenlange discussies, langer in onzekerheid worden gelaten dan nodig is. Helaas is eind 1993 de effectuering in dit samenwerkingsgebied doorgescho ven naar 1 januari 1997. De samenhang en visie van het provinciaal herindelingsbeleid is in de loop der jaren zoek geraakt. Het beleid kenmerkt zich steeds meer door gelegenheidsmotieven. De kritiek uit "eigen gelederen" op de commissie Schampers, het feit dat Provinciale Staten het dagelijks bestuur van de provincie op het terrein van de gemeentelijke herindeling regelmatig tot de orde roepen, de statenfracties die onenig heid hebben over de vraag in welke richting de bestuurlijke vernieuwing

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1994 | | pagina 133